Werk- En Risicogebieden; Voorafgaand Aan De Werkzaamheden; Tijdens De Werkzaamheden; De Machine Verlaten - Stiga PARK FKM 900 KA Instrucciones De Uso

• De gebruiker moet nauw sluitende kleding dra-
gen. Voorkom wijdvallende kleding en draag
stevige laarzen of veiligheidsschoenen!
• Werk uitsluitend bij goede zichtbaarheid en
goede lichtomstandigheden!
• De waarschuwings- en informatietekens bieden
u belangrijke informatie over veilige bediening.
Houdt u zich voor uw eigen veiligheid altijd aan
deze adviezen!
• Pas op voor draaiende delen - blijf altijd op een
veilige afstand!
• Pas op voor ononderbroken doorlopen van
draaiende delen! Wacht totdat het bewegen van
deze delen volledig is gestopt voordat u begint!
• Op sommige plaatsen van de aandrijfonderde-
len bestaat er een kans op snijwonden of be-
knellingsgevaar!
• Zowel de rij-, stuur- en remeigenschappen als
de kippunten worden beïnvloed door de belas-
ting en het soort gereedschap dat geïnstalleerd
of gedragen wordt. Om deze reden mogen er
uitsluitend door de fabrikant goedgekeurde ge-
reedschappen worden gebruikt. Pas de bedrijf-
snelheid altijd aan de heersende
omstandigheden aan.
• Niet-geautoriseerde aanpassingen die de bedie-
ningsveiligheid van de machine in gevaar bren-
gen, zijn verboden.
• Controleer de bedrijfsveiligheid van de machi-
ne voor iedere start!
• De beschermende delen mogen nooit worden
verwijderd of aangepast!
• Kruip tijdens reparatie- of controlewerkzaam-
heden nooit onder een machine die niet vergren-
deld is!

2.2.2 Werk- en risicogebieden

• Binnen het werkgebied is de gebruiker ervoor
verantwoordelijk dat mensen in de directe om-
geving geen letsel oplopen!
• Het betreden van het risicogebied van de ma-
chine is verboden!
• Controleer de directe omgeving voordat u start
en rijdt met het dek geïnstalleerd. Pas met name
goed op voor kinderen en dieren. Zorg ervoor
dat u altijd een goed zicht hebt!
• Eventuele objecten moeten uit het te bewerken
gebied verwijderd worden voordat u met de
werkzaamheden begint. Let ook op andere ob-
jecten tijdens de werkzaamheden en verwijder
deze op tijd.
• Blijf bij werkzaamheden in afgesloten gebieden
altijd op een veilige afstand van de omheining
om te voorkomen dat er gereedschappen be-
schadigd raken.
• Rij tijdens werkzaamheden in de directe omge-
ving van mensen zoveel mogelijk langs de rand
van de weg en niet in de richting van de weg.
NEDERLANDS
Hiermee beperkt u de kans dat er mensen ge-
wond raken door uitgeworpen objecten tot een
minimum.
• Tijdens werkzaamheden aan openbare wegen
en ruimten of de aangrenzende gebieden, moe-
ten informatie- en waarschuwingsborden wor-
den geplaatst om de mensen op de
werkzaamheden te attenderen.
2.2.3 Voorafgaand aan de
werkzaamheden
• Voorafgaand aan de werkzaamheden moet de
gebruiker zich eerst goed op de hoogte stellen
van alle apparatuur, bedieningen en bijbehoren-
de functies. Zorg ervoor dat alle beschermende
delen correct zijn geïnstalleerd in de bescher-
mende positie. Tijdens de werkzaamheden is te
laat!

2.2.4 Tijdens de werkzaamheden

• Verlaat de bestuurderspositie nooit tijdens het
rijden!
• Verlaat de bestuurderspositie niet voordat alle
delen op het dek volledig gestopt zijn met
draaien!
• Voer geen aanpassingen door als het dek in be-
drijf is - kans op ongelukken!
• Het vervoeren van mensen of objecten is niet
toegestaan!
• Als er bijvoorbeeld een vreemd object is opge-
veegd dat het dek blokkeert, dan moet de motor
worden uitgeschakeld en het gemonteerde dek
worden vrijgemaakt met behulp van het daar-
voor bestemde gereedschap! De motor moet al-
tijd worden uitgeschakeld voordat het dek
wordt geopend of gereinigd! Volg de veilig-
heidsinformatie op voor een zelf aangedreven
machine.
• Als de zelf aangedreven machine of het gemon-
teerde dek is beschadigd, dan moet de motor di-
rect worden uitgeschakeld en de schade worden
hersteld.

2.2.5 De machine verlaten

• Zorg er bij het verlaten van de machine voor dat
deze niet kan wegrollen. Gebruik blokken of
haal de parkeerrem aan.
• Bescherm het dek tegen onbevoegd gebruik!
• Laat het dek nooit onbeheerd achter tijdens be-
drijf.

2.2.6 Schroefverbindingen en banden

• Zorg er bij werkzaamheden aan de wielen voor
dat de machine stabiel staat en niet kan wegrol-
len!
• Controleer regelmatig of de moeren en schroe-
ven goed zijn aangedraaid en haal ze indien no-
dig extra aan.
• Banden mogen uitsluitend door professionals
NL
47