van de snelheidscontrole in werking te stellen
(F). Deze functie is erg nuttig, omdat men zo-
doende de snelheid aan kan passen aan de uit
te voeren taak.
NA GEBRUIK VAN HET APPARAAT:
Zet het apparaat uit door de keuzeknop op 0
•
te zetten.
Trek de stekker uit het stopcontact.
•
- Draai de mengkom linksom en haal de kom
•
uit het motorlichaam.
Reinig het apparaat.
•
"TURBO" FUNCTIE
Het toestel werkt op maximumsnelheid voor
•
een optimaal rendement.
Selecteer de stand P en houd deze stand vast
•
gedurende de gewenste tijd. Gebruik het appa-
raat nooit langer dan 2 minuten.
WERKING VAN HET FILTER
LET OP:
Gebruik het filter nooit om producten te verwer-
•
ken die heter zijn dan 80ºC.
Overbelast het filter niet.
•
Controleer dat het deksel juist is geplaatst en
•
goed gesloten is en dat de maatbeker goed
op het deksel gezet is voordat u het apparaat
aanzet.
Snijd het fruit in kleine stukken voordat u ze in
•
het filter plaatst.
Week droge ingrediënten, zoals peulvruchten
•
of sojabonen, voordat u ze in het filter plaatst.
GEBRUIK:
Het filter scheidt de pitten en de huid van de
•
vruchten van het sap.
De kan (C) moet goed op aansluiten op het
•
motorlichaam (A) (Fig. 1).
Plaats het filter (G) rond het mes (D) (Fig. 2).
•
Controleer dat de gleuven van het filter goed
•
aansluiten op de randen van het inwendige
van de kan van de mixer.
Plaats het deksel op de kan.
•
WAARSCHUWING: Controleer dat het deksel
•
van de kan zodanig geplaatst is dat het sap
door het filter van het deksel uitgeschonken
kan worden.
Snijd het fruit in kleine stukken en week droge
•
ingrediënten voordat u ze in het filter plaatst.
Plaats de ingrediënten in het filter en schenk
•
water of een andere vloeistof in de kan via de
opening in het deksel.
Plaats de maatbeker op het deksel (Afb. 1).
•
Steek de stekker in het stopcontact.
•
Selecteer de gewenste snelheid en begin te
•
mixen.
OPMERKING: Als u een grote hoeveelheid in-
•
grediënten verwerkt, bevelen we aan niet alle
ingrediënten tegelijkertijd in het filter te plaat-
sen. Begin met een kleine hoeveelheid en laat
het apparaat enige seconden werken. Zet het
apparaat weer uit en voeg een kleine hoeveel-
heid toe, zonder de bovenrand van de zeef te
overstijgen. Herhaal deze procedure totdat u
alle ingrediënten heeft verwerkt. Laat het dek-
sel van de kan van de mixer altijd zitten zolang
het apparaat functioneert.
NA GEBRUIK VAN HET FILTER:
Zet het apparaat uit en koppel de kan los van
•
het motorlichaam.
Schenk het sap uit via de mond van de kan
•
zonder het deksel, de maatbeker of het filter
te verwijderen. Controleer dat het deksel van
de kan zodanig geplaatst is dat het sap door
het filter van het deksel uitgeschonken kan
worden.
Reinig het filter onmiddellijk na gebruik.
•
REINIGING
Trek de stekker uit het stopcontact en laat het
•
apparaat afkoelen alvorens het te reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige
•
doek met een paar druppels afwasmiddel en
droog het daarna goed af.
Gebruik geen oplosmiddelen of producten
•
met een zure of basische pH zoals bleekwa-
ter, noch schuurmiddelen, om het apparaat
schoon te maken.
Zorg ervoor dat er geen water of andere vloei-
•
stof binnendringt via de ventilatie-openingen,
om schade aan de functionele delen in het in-
wendige van het apparaat te voorkomen.
Dompel het apparaat niet onder in water of
•
een andere vloeistof en houd het niet onder de
kraan.
Wees extra voorzichtig met de messen tijdens
•
het schoonmaken, want deze zijn zeer scherp.
Het is raadzaam om het apparaat geregeld
•
schoon te maken en om alle voedselresten te
verwijderen.
NL