Om de correcte werking te hervatten:
- verwijder de voorwerpen van het bedieningspa
neel.
- reinig het bedieningspaneel.
- schakel de kookplaat en de betreffende zone
opnieuw in.
Beveiliging tegen oververhitting
Voordat de elementen van de kookplaat kunnen
oververhitten, vermindert de controle het gebru-
ikte vermogen volgens onderstaande beveiliging-
sprocedure:
- Uitschakeling van de booster en power booster
indien aan.
- Vermindering van het ingestelde vermogensnive-
au.
– Uitschakeling van de betreffende kookzone.
Op het display van de kookzones verschijnt het be-
richt "E2".
U kunt de kookzone opnieuw in werking stellen,
wanneer de storingssignalering uitgaat.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR
DE MONTAGE
Installeer de kookplaat alleen nadat de onderstel-
len en hangmeubels van de keuken zijn geïnstall-
eerd.
Zorg ervoor dat de werkbladen goed zijn vastge-
maakt met hittebestendige lijm, zodat ze niet kun-
nen vervormen en niet loskomen.
Het is verboden om het toestel boven een koe-
lkast, diepvriezer, vaatwasser, wasmachine of dro-
ogtrommel te installeren.
ELEKTRISCHE VEILIGHEID
De elektrische installatie waarop de ko-
okplaat wordt aangesloten, moet van een
aardaansluiting zijn voorzien, in overeen-
stemming met de veiligheidsnormen van het
land van gebruik. Bovendien moet deze installa-
tie conform zijn met de Europese normen inzake
radiostoringen.
Controleer of de voedingskabel van de kookplaat na
de inbouw niet aan mechanische belastingen on-
derhevig is.
Het stopcontact, gebruikt voor de elektrische aanslu-
iting, moet gemakkelijk bereikbaar zijn wanneer het
toestel geïnstalleerd is. Als dit niet mogelijk is, moet u
zorgen voor een hoofdschakelaar om het toestel in-
dien nodig uit te zetten.
Een eventuele wijziging van de elektrische installatie
mag enkel door een bevoegde elektricien worden ui-
tgevoerd.
Indien het toestel niet naar behoren werkt, mag u niet
zelf proberen om het probleem op te lossen. Neem
contact op met de verkoper of met een erkend as-
sistentiecentrum om de reparatie te laten uitvoeren.
Tijdens het installeren van de kookplaat
moet u het toestel uitschakelen door de
stekker uit het stopcontact te halen of via de ho-
ofdschakelaar.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
(Uitsluitend voorbehouden aan personeel, gekwalificeerd voor de
aansluiting)
Ontkoppel het toestel van het elektriciteitsnet voordat u
handelingen op de kookplaat gaat uitvoeren.
Controleer of er geen elektrische draden aan de binnenzi-
jde van de kookplaat zijn losgekoppeld of doorgesneden: anders
moet u met het dichtstbijzijnde assistentiecentrum contact op-
nemen. Wendt u tot gekwalificeerd personeel om de elektrische
aansluiting te laten uitvoeren.
De aansluiting moet in overeenstemming zijn met de wettelijke
voorschriften die van kracht zijn.
Voordat u de kookplaat op het elektriciteitsnet aansluit, moet u con-
troleren of:
• de netspanning overeenstemt met de spanning vermeld op het ge-
gevensplaatje dat zich aan de binnenzijde van de kookplaat bevindt;
• de elektrische installatie voldoet aan de normen en de belasting
aan kan (raadpleeg het plaatje met technische kenmerken in de ko-
okplaat);
• de voedingsstekker en -kabel niet in contact komen met temperatu-
ren die hoger zijn dan 70 °C;
• de voedingsinstallatie uitgerust is met een efficiënte, correcte aarda-
ansluiting volgens de geldende normen;
• het stopcontact gebruikt voor de aansluiting gemakkelijk bereikbaar
is wanneer de kookplaat eenmaal is geïnstalleerd.
In geval van:
• toestellen
met
kabel
normaliseerde"
De draden moeten als volgt worden aangesloten: geel-groen voor
de aarde, blauw voor neutraal en bruin voor de fase. De stekker dient
op een geschikt veiligheidsstopcontact aangesloten te worden.
• vaste toestellen niet voorzien van een voedingskabel en stekker wa-
armee ze van het stroomnet afgesloten kunnen worden, met een
openingsafstand tussen de contacten die in de omstandigheden
van overspanningscategorie III een volledige uitschakeling mogelijk
maakt.
Deze afsluitingsapparatuur moet voorzien worden op het voedingsnet,
in overeenstemming met de installatienormen.
De geel/groene aardkabel mag niet door de schakelaar worden onder-
broken.
De fabrikant wijst alle verantwoordelijkheid af indien de veiligheidsnor-
men niet worden nageleefd.
115
zonder
stekker:
een
"ge-
stekker
gebruiken.