Voor gereedschap met een
met een middengatdiameter van
15,88 mm
Afhankelijk van het land
Breng het zaagblad zorgvuldig aan op de as.
Fig.34: 1.
4. Inbusbout (linkse schroefdraad) 5. As
Voor gereedschap met een
een andere middengatdiameter dan
20 mm of 15,88 mm
Afhankelijk van het land
met een bepaalde diameter aan de ene kant, en aan de
andere kant een zaagblad-bevestigingsdeel met een
waarvan het zaagblad-bevestigingsdeel exact past in
het middengat van het zaagblad.
Fig.35: 1.
4. Inbusbout (linkse schroefdraad) 5. As
6. Zaagblad-bevestigingsdeel
LET OP:
Zorg ervoor dat het zaagblad-beves-
gericht, perfect past in het middengat "a" van het
zaagblad. Als u het zaagblad op de verkeerde kant
Stofzak
Optioneel accessoire
Door de stofzak te gebruiken werkt u schoner en kan
het zaagsel eenvoudiger worden opgeruimd.
Om de stofzak te bevestigen, monteert u hem op het
mondstuk.
de sluitstrip uit met de driehoekmarkering op de stofzak.
Wanneer de stofzak ongeveer halfvol is, maakt u hem
los van het gereedschap en trekt u de sluitstrip eruit.
stofopvanging zouden kunnen belemmeren.
Fig.36: 1. Stofzak 2. Mondstuk 3. Sluitstrip
OPMERKING: U kunt schoner werken door een
stofzuiger op de zaag aan te sluiten.
2. Zaagblad 3.
2. Zaagblad 3.
Werkstuk vastklemmen
WAARSCHUWING:
om het werkstuk altijd goed vast te klemmen in
het juiste type spanschroef. Als u dat niet doet, kan
het gereedschap en/of het werkstuk.
WAARSCHUWING:
stuk zaagt dat langer is dan het voetstuk van de
cirkelzaag, ondersteunt u de volledige lengte van
het werkstuk buiten het voetstuk en op dezelfde
hoogte zodat het werkstuk horizontaal blijft. Een
goede ondersteuning van het werkstuk helpt voor-
terugslag optreedt die kan leiden tot ernstig persoon-
TERUGSLAG te voorkomen.
Fig.37: 1. Steun 2. Draaibaar voetstuk
Verticale spanschroef
WAARSCHUWING:
moet het werkstuk door de spanschroef stevig
tegen het draaibaar voetstuk en de geleider
worden gedrukt.
het zagen bewegen, het zaagblad beschadigen en
worden weggeslingerd, waardoor u de controle over
letsel kan worden veroorzaakt.
(optioneel accessoire). Steek de stang van de span-
schroef in het gat in de geleider of steunstanghouder
en draai de onderste schroef om de spanschroefstang
vast te zetten.
Fig.38: 1. Spanschroefarm 2. Spanschroefstang
3. Geleider 4. Steunstangen
5. Steunstanghouder 6. Spanschroefknop
7. Onderste schroef 8. Bovenste schroef
Zet de arm van de spanschroef in de positie die
geschikt is voor de dikte en vorm van het werkstuk,
en zet de arm vast door de bovenste schroef vast te
draaien. Indien de bovenste schroef van de arm in
aanraking komt met de geleider, moet u de bovenste
schroef op de tegenovergestelde kant van de span-
schroefarm aanbrengen. Controleer of geen enkel
deel van het gereedschap in aanraking komt met de
spanschroef wanneer het handvat volledig omlaag
getrokken of geduwd. Indien dit wel het geval is, moet u
de positie van de spanschroef veranderen.
Druk het werkstuk vlak tegen de geleider en het draai-
baar voetstuk. Plaats het werkstuk in de gewenste
zaagpositie en zet het stevig vast door de spanschroef-
knop vast te draaien.
80 NEDERLANDS
Het is uiterst belangrijk
Wanneer u een werk-
Tijdens alle bedieningen