Lees de instructies aandachtig door alvorens het product te
gebruiken, en bewaar ze voor eventuele toekomstige raa-
dpleging.
VEILIGHEIDSNORMEN
Het automatische systeem 391 garandeert, als het op correcte
wijze is geïnstalleerd en gebruikt, een hoge mate van veiligheid.
Daarnaast kunnen een aantal simpele gedragsregels accidentele
ongemakken voorkomen:
•
Blijf niet in de buurt van het automatische systeem staan, en sta
niet toe dat kinderen, personen of voorwerpen er in de buurt
staan, vooral als hij in werking is.
•
Houd de radio-afstandsbediening en alle andere impulsgevers
buiten het bereik van kinderen, om te voorkomen dat het auto-
matische systeem per ongeluk kan worden bediend.
•
Sta niet toe dat kinderen met het automatische systeem spe-
len.
•
Houd niet opzettelijk de beweging van de vleugels tegen.
•
Zorg dat takken of struiken de beweging van de vleugels niet
kunnen hinderen.
•
Zorg dat de lichtsignalen altijd goed werken en goed zichtbaar
zijn.
•
Probeer de poort niet met de hand te bewegen als hij niet eerst
ontgrendeld is.
•
In geval van storing moet de poort worden ontgrendeld om toe-
gang mogelijk te maken, en wacht op de technische assistentie
van een gekwalificeerd technicus.
•
Als de handbediende werking is ingesteld, moet de elektrische
voeding naar de installatie worden uitgeschakeld alvorens de
normale werking te hervatten.
•
Voer geen wijzigingen uit op onderdelen die deel uitmaken van
het automatische systeem.
•
De gebruiker mag zelf geen pogingen ondernemen tot reparaties
of andere directe ingrepen, en dient zich uitsluitend te wenden tot
gekwalificeerd en geautoriseerd FAAC-personeel of een erkend
FAAC servicecentrum.
•
Laat de werking van het automatische systeem, de veiligheid-
svoorzieningen en de aarding minstens eenmaal per half jaar
controleren door gekwalificeerd personeel.
BESCHRIJVING
Het automatische systeem 391 is ideaal om de toegang van voer-
tuigen in wooncomplexen te controleren.
Raadpleeg een installatietechnicus voor het gedetailleerde ge-
drag van de schuifpoort met de verschillende bedrijfslogica's.
Automatische systemen hebben veiligheidsvoorzieningen (fotocel-
len) die verhinderen dat de poort weer sluit wanneer er zich een
obstakel in het door hen beveiligde gebied bevindt.
Het systeem garandeert de mechanische blokkering wanneer
de motor niet in werking is, en daarom is het bij vleugels met een
lengte van minder dan 2 m niet noodzakelijk een vergrendeling
te installeren.
De handbediende opening is dus alleen mogelijk met behulp van
het speciale ontgrendelingsmechanisme.
De ingebouwde bedieningscentrale is uitgerust met een elektro-
nische regelbare koppeling waardoor het automatische systeem
veilig kan worden gebruikt.
Een handig handbediend ontgrendelingsmechanisme zorgt ervoor
dat het hek kan worden bewogen in geval van een black-out of
een storing.
Het lichtsignaal geeft aan dat de poort in beweging is.
HANDBEDIENDE WERKING
Als de aandrijving met de hand moet worden bediend omdat
de stroom is uitgevallen of in geval van een storing, handel dan
als volgt:
Schakel de voeding naar het systeem uit door op de differen-
1.
tieelschakelaar te drukken.
2.
Licht de beschermingsdop van de vergrendeling op, fig. 1
ref. a.
3.
Steek de sleutel erin en draai hem tegen de wijzers van de klok
in tot hij niet verder kan, fig. 1 ref. b.
4.
Draai de ontgrendelingsknop met de wijzers van de klok mee
tot hij niet verder kan, fig. 1 ref. c.
5.
Beweeg de vleugel met de hand
.
HERVATTING NORMALE WERKING
Handel als volgt om de normale werkingscondities van de aan-
drijving te herstellen:
1.
Controleer of de voeding naar het systeem is uitgeschakeld
2.
Zet de vleugel ongeveer halverwege de in het geheugen
opgeslagen opening.
3.
Draai de ontgrendelingsknop tegen de wijzers van de klok in
tot hij niet verder kan, draai de sleutel met de wijzers van de
klok mee tot hij niet verder kan en trek hem eruit.
4.
Controleer of het ontgrendelingsmechanisme op correcte
wijze weer is ingeschakeld, door te proberen de vleugel met
de hand te bewegen. De vleugel moet vergrendeld zijn en het
mag niet mogelijk zijn hem met de hand te bewegen.
5.
Zet de beschermingsdop van de vergrendeling weer op zijn
plaats.
Schakel de voeding naar het systeem weer in en geef een
6.
openingscommando.
ONDERHOUD
Om een goede werking op de lange termijn en een constant
veiligheidsniveau te garanderen, is het beter om ieder half jaar
een algemene controle op de installatie uit te voeren. Het boekje
"Gebruikersgids" heeft een voorgedrukt formulier om ingrepen te
registeren.
REPARATIES
De gebruiker mag zelf geen pogingen ondernemen tot reparaties
of andere directe ingrepen, en dient zich uitsluitend te wenden tot
gekwalificeerd en geautoriseerd FAAC-personeel of een erkend
FAAC-servicecentrum.
391 - 391E
Page
Gids voor de gebruiker
Fig. 01