NEDERLANDS
1
Rood gedeelte
2
Knop
3
Accu
4
Trekschakelaar
5
Voorlamp
6
Omkeerschakelaar
TECHNISCHE GEGEVENS
Model
Capaciteiten
Metaal ................................................................ 13 mm
Hout ................................................................... 27 mm
Houtschroef ....................................... 6,8 mm x 50 mm
Kolomschroef ....................................................... 6 mm
-1
Toerental onbelast (min
Hoog ............................................................... 0 – 1 300
Laag ...................................................................0 – 380
Totale lengte ...................................................... 198 mm
Netto gewicht
Met 2,0 ampère-uur accu .................................... 1,6 kg
Met 3,3 ampère-uur accu .................................... 1,8 kg
Nominale spanning .......................................... D.C. 12 V
• In verband met ononderbroken research en ontwikke-
ling behouden wij ons het recht voor bovenstaande
technische gegevens te wijzigen zonder voorafgaande
kennisgeving.
• Opmerking: De technische gegevens kunnen van land
tot land verschillen.
Doeleinden van gebruik
Dit gereedschap is bedoeld voor het boren en het
indraaien van schroeven in hout, metaal en plastic.
Veiligheidswenken
Voor uw veiligheid dient u de bijgevoegde Veiligheids-
voorschriften nauwkeurig op te volgen.
AANVULLENDE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR HET GEREEDSCHAP
1.
Houd het gereedschap bij de geïsoleerde hand-
grepen vast wanneer u boort op plaatsen waar
het gereedschap met verborgen elektrische
bedrading in aanraking kan komen. Door contact
met een onder spanning staande draad, zullen
ook de niet-geïsoleerde metalen delen van het
gereedschap onder spanning komen te staan en
zal de gebruiker een elektrische schok krijgen.
2.
Zorg ervoor dat u altijd stevige steun voor de
voeten hebt.
Controleer of er zich niemand beneden bevindt
wanneer u het gereedschap op een hoge plaats
gaat gebruiken.
3.
Houd het gereedschap stevig vast.
4.
Houd uw handen uit de buurt van roterende
onderdelen.
5.
Laat het gereedschap niet achter terwijl het nog
in bedrijf is. Bedien het gereedschap alleen wan-
neer u het met de handen vasthoudt.
6.
Raak de boor of het werkstuk niet aan onmiddel-
lijk na het gebruik; deze kunnen erg heet zijn en
brandwonden veroorzaken.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
Verklaring van algemene gegevens
7
Toerentalschakelaar
8
Afstelring
9
Schaalverdelingen
10 Wijzer
11 Bus
12 Verwijden
BDF430F
)
13 Haak
14 Limietstreep
15 Schroevendraaier
16 Borstelhouderdop
BELANGRIJKE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR
ACCULADER EN ACCU
1.
Lees alle voorschriften en waarschuwingen op
(1) de acculader, (2) de accu, en (3) het product
waarvoor de accu wordt gebruikt, aandachtig
door alvorens de acculader in gebruik te nemen.
2.
Neem de accu niet uit elkaar.
3.
Als de gebruikstijd van een opgeladen accu aan-
zienlijk korter is geworden, moet u het gebruik
ervan
onmiddellijk
gebruik kan oververhitting, brandwonden en
zelfs een ontploffing veroorzaken.
4.
Als er elektrolyt in uw ogen is terechtgekomen,
spoel dan uw ogen met schoon water en roep
onmiddellijk de hulp van een dokter in. Elektrolyt
in de ogen kan blindheid veroorzaken.
5.
Voorkom kortsluiting van de accu:
(1) Raak de accuklemmen nooit aan met een
geleidend materiaal.
(2) Bewaar de accu niet in een bak waarin
andere metalen voorwerpen zoals spijkers,
munten e.d. worden bewaard.
(3) Stel de accu niet bloot aan water of regen.
Kortsluiting van de accu kan oorzaak zijn van
een grote stroomafgifte, oververhitting, brand-
wonden, en zelfs defecten.
6.
Bewaar het gereedschap en de accu niet op
plaatsen waar de temperatuur kan oplopen tot
50°C of hoger.
7.
Werp de accu nooit in het vuur, ook niet wanneer
hij zwaar beschadigd of volledig versleten is. De
accu kan namelijk ontploffen in het vuur.
8.
Wees voorzichtig dat u de accu niet laat vallen
en hem niet blootstelt aan schokken of stoten.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
Tips voor een maximale levensduur van de accu
1.
Laad de accu op voordat hij volledig ontladen is.
Stop het gebruik van het gereedschap en laad de
accu op telkens wanneer u vaststelt dat het ver-
mogen van het gereedschap is afgenomen.
2.
Laad een volledig opgeladen accu nooit opnieuw
op. Als u de accu te veel oplaadt, zal hij minder
lang meegaan.
3.
Laad de accu op bij een kamertemperatuur tus-
sen 10°C en 40°C. Laat een warme accu afkoelen
alvorens hem op te laden.
4.
Laad de nikkel-metaalhydride accu op telkens
wanneer u hem langer dan zes maanden niet
hebt gebruikt.
stopzetten.
Voortgezet
19