Triton TTS 185KIT Instrucciones De Uso página 18

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 46
Modusselectie
De moduskeuzeschakelaar maakt een snelle en gemakkelijke instelling mogelijk van de
belangrijkste functies, eenvoudigweg door de modusselectorhendel (20) in de gewenste
werkingsmodus te plaatsen:
Bladvervanging
Vrije insteek, voor algemene snedes
Markeren, voor een markeringssnede met een diepte van 2,5mm
Opmerking: Voor details betreffende het gebruik wordt verwezen naar het relevante hoofdstuk
van deze handleiding.
Steun werkstuk
Grote platen en lange stukken dienen goed ondersteund te worden, dicht bij beide zijden
van de snede om het vastlopen van de zaag en een eventuele terugslag te voorkomen.
Plaats het werkstuk het liefst met het uiteindelijk zichtbare oppervlak naar onderen, zodat,
indien het materiaal enigszins zou versplinteren, dat zich voordoet ter hoogte van het
oppervlak dat minder zichtbaar is.
Werking
Instellen van de markeermodus
De markeermodus stelt de diepte van de snede vast in op 2,5 mm. Een initiële markeersnede
helpt om wrijving op het blad te voorkomen, meer bepaald wanneer diepe snedes dienen
uitgevoerd te worden. Een dergelijke snede is eveneens nuttig als initiële snede op gecoate of
melamine-laminaten.
Draai de modusselectiehendel (20) naar de markeerpositie
De insteekdiepte is nu vergrendeld zodat het blad niet dieper kan indringen dan 2,5 mm.
Instellen van de snedediepte
Zie afbeelding B
De snedediepte kan ingesteld worden van 0 – 67 mm. De diepte kan ingesteld worden
door middel van een rechtstreekse referentie op de diepteschaal die gekalibreerd is om
het spoor in beschouwing te nemen, wat inhoudt dat u geen bijkomende berekening
dient uit te voeren.
Voor de beste resultaten is het aan te raden dat minder dan een volledige tand van het
blad zichtbaar is onder het werkstuk.
1. Los de dieptevergrendeling (18) en beweeg deze langs de diepteschaal tot de pijl op de
gewenste diepte staat.
2. Span de dieptevergrendeling stevig aan
3. De zaag kan nu de gewenste diepte bereiken (in de vrije insteekmodus)
Opmerking: Wanneer nauwkeurigheid van primoridaal belang is, gebruik dan een winkelhaak
om de diepte te controleren en voer een testsnede uit op een stuk afvalmateriaal.
Aanpassen van de afschuinhoek
Zie afbeelding C
De afschuinhoek kan ingesteld worden tussen 0° en 48°
1. Los de voorste en achterste afschuinvergrendelingen (6 & 17)
2. Kantel het lichaam van de zaag tot de afschuinhoekaanduiding, naast de voorste
afschuinvergrendeling, uitgelijnd is met de gewenste afschuinhoek op de schaal.
3. Span de voorste en achterste afschuinvergrendelingen stevig aan
4. De zaag is nu vastgezet en klaar om de gewenste afschuinhoeksnede uit te voeren.
Opmerking: Wanneer nauwkeurigheid van primoridaal belang is, gebruik dan een winkelhaak
om de hoek te controleren en voer een testsnede uit op een stuk afvalmateriaal.
BELANGRIJK: Wanneer u afschuinsnedes uitvoert, is het van essentieel belang dat u de zaag
in het spoor vastzet. Zie "Uitvoeren van afschuinsnedes" hierna voor bijkomende details.
Instellen van de snelheid
Zie afbeelding D
De snelheid kan ingesteld worden met behulp van de snelheidinstellingsknop (7) Dit zorgt
ervoor dat u de snelheid optimaal kunt aanpassen aan het materiaal
De onderstaande tabel geeft een aanduiding van de voor verschillende materialen
geschikte snelheden.
EN
NL
Type materiaal
Vast hout (hard of zacht)
Spaanplaat
Gelamineerd hout, blokplaat, fineer- en gecoat hout
Hardboard
18
18
Assemblage van het spoor
De spoorkit omvat:
Opmerking: elke verbinding bestaat uit twee delen
Spoorlengtes verbinden
1. Schuif één spoorverbinding in het bovenste klemkanaal (bovenaan het spoor) (afbeelding I)
2. Voor de nodige toegang dienen de koppen van de zeskantschroeven van het spoor
3. Positioneer de verbinding halfwegs in het kanaal zodat 2 x zeskantschroeven zich in het
4. Span de twee zeskantschroeven aan die zich in het kanaal bevinden om de verbinding op
5. Herhaal vervolgens deze procedure, waarbij de tweede verbinding in het onderste
6. Zorg er ook nu weer voor dat de koppen van de zeskantschroeven toegankelijk zijn, en span
7. Schuif het tweede spoor op de uitstekende einden van de verbindingen zodat de twee
8. Span de zeskantschroeven aan om het tweede deel van het spoor vast te zetten ten
Voorbereiden van het spoor
1. Zet het spoor vast op een geschikt stuk afvalhout met behulp van de werkklemmen (28) (zie
2. Zet de zaag in markeermodus (zie "Instellen markeermodus")
3. Voer een snede uit langs de volledige lengte van het spoor Dit zal de strip op de exact
4. Gooi de rest van de rubberen strip weg
Onderhouden van het spoor
Werkklemmen (TTSWC)
Triton spoorklemmen zijn ideaal voor het snel en veilig vastzetten van het spoor en om het
werkstuk veilig vast te zetten voor een snelle en nauwkeurige snede
1. Plaats het spoor op het werkstuk en lijn het uit langs de zaaglijn
2. Schroef de dunne bovenste arm van één van de klemmen in het onderste klemkanaal (loopt
3. Pomp de klemhefboom om de greep tegen de onderzijde van het werkstuk aan te plaatsen
4. Herhaal de procedure aan het andere einde van het spoor
Opmerking: Klemmen kunnen eveneens in het bovenste klemkanaal aangebracht worden
BELANGRIJK: Zorg ervoor dat het werkstuk correct wordt ondersteund dichtbij de zaaglijn Zie
"Ondersteuning van het werkstuk" in het zaaghoofdstuk van deze handleiding
Gebruik van de fijne instellingsnokken
De voorste en achterste fijne instellingsnokken (9 en 15) maken het mogelijk om overtollige
speling weg te nemen tussen het spoor en de zaag, en om nauwkeurig te zagen wanneer de
In te stellen snelheid
zaag langs het spoor beweegt
4-6
1. Los de knoppen die de voorste en de achterste fijne instellingsnokken vasthouden (9 en 15)
5-6
2. Plaats de zaag in het spoor
2-5
3. Pas de hefbomen van de nokken aan zodat overtollige speling verwijderd wordt, en span de
1-4
Opmerking: De nokken worden volledig gebruikt wanneer de hefbomen zich in hun centrale
positie bevinden
2 x 700 mm / 27-9/16" spoorlengtes (24)
2 x spoorverbindingen TTSTC
Door gebruik te maken van de in de kit meegeleverde spoorverbindingen kunt u
spoorlengtes (24) onderling verbinden om zodoende lange snedes uit te voeren.
Elke spoorverbinding omvat een afstandhouder (27) en een verlengstaaf (26) met
zeskantschroeven
Assembleer elke verbinding door de afstandhouder aan te brengen aan de zijkant van de
verlengstaaf tegenover de koppen van de zeskantschroeven (afbeelding H)
weggericht te zijn.
kanaal bevinden en twee exemplaren nog zichtbaar zijn (afbeelding I)
het spoor vast te zetten
klemkanaal geschoven wordt (onderaan het spoor) (afbeelding J)
de verbinding aan door de zeskantschroeven aan te draaien.
uiteinden van de sporen elkaar raken Afbeelding K
opzichte van het eerste
Voorafgaand aan het eerste gebruik is het nodig om de rubberen strip die langs een rand
van elke spoorlengte loopt, op maat te maken.
"Werkklemmen")
vereiste maat maken die nodig is voor de zaag
Voorafgaand aan het eerste gebruik en van tijd tot tijd dient u een lichte smeerspray aan
te brengen op het spoor zodat de zaag vlot en licht over de volledige lengte van het spoor
zal glijden.
Laat geen stof, zaagkrullen of ander vuil op het spoor ophopen
langs de ondersijzde van het spoor) (Afbeelding L)
en vast te zetten
(bovenaan het spoor).
knoppen evrvolgens weer aan om de hefbomen in positie te houden.

Publicidad

Tabla de contenido

Solución de problemas

loading

Tabla de contenido