wanneer de groene LED ◄ van de draaiveldindicatie
brandt.
-
Bij het testen van het draaiveld is steeds een tegencon-
trole vereist met verwisselde teststaven L1/-
3
, waarbij het draaiveld moet veranderen.
Opmerking:
Het testen van het draaiveld is vanaf 400 V - 900 V, 50/60 Hz
(fase tegen fase) in het geaarde draaistroomnet mogelijk.
Beschermende kleding en isolerende lokale omstandigheden
kunnen de werking negatief beïnvloeden
8.
Doorgangstest (afbeelding H)
-
De doorgangstest moet worden uitgevoerd op spannings-
vrij geschakelde installatieonderdelen, eventueel moeten
condensatoren worden ontladen.
-
Leg de beide teststaven L1/-
testen installatieonderdelen.
- Bij doorgang (R < 100 kΩ) weerklinkt er een geluidssig-
naal en de gele LED Ω
-
De test kan ook worden gebruikt om de doorlaat- en blok-
keerrichting van halfgeleiderelementen te bepalen.
-
Wanneer er op het testpunt een spanning aanwezig is,
dan schakelt de spanningstester automatisch om op span-
ningstest en wordt dit weergegeven.
9.
Kabelbreukdetector (afbeelding I)
-
De kabelbreukdetector lokaliseert contactloos kabelbreu-
ken aan open liggende en onder spanning staande leidin-
gen.
-
Neem de indicatiehandgreep L2
pervlak vast en ga met de detector
onder spanning staat (bijv. kabeltrommel of lichtketting),
van het voedingspunt (fase) in de richting van het andere
leidinguiteinde.
-
Zolang de leiding niet onderbroken is, knippert de gele
LED Ω
- Het kabelbreukpunt is gelokaliseerd, zodra de gele LED Ω
M
dooft.
Opmerking:
De kabelbreuk detector kan geaard stopcontact van 230 V,
50/60 Hz (fase naar aarde) worden gebruikt. Isolerende be-
schermende kleding en de plaatselijke omstandigheden kun-
nen invloed hebben op de functie.
10. Meetpuntverlichting (afbeelding J)
-
De meetpuntverlichting
door bediening (1 seconde) van de drukschakelaar
de indicatiehandgreep L2
-
Het automatisch uit na 10 seconden
11. Batterij vervangen (afbeelding K)
-
Het apparaat mag niet onder spanning worden gezet bij
een geopend batterijvak!
-
Het batterijvak bevindt zich aan de achterzijde van de indi-
catiehandgreep L2
-
Draai de schroef van het deksel van het batterijvak los
en vervang de gebruikte batterijen door twee nieuwe bat-
terijen van het type Micro (LR03/AAA). Let op de juiste
plaatsingsrichting van de batterijpolen!
-
Plaats het batterijdeksel op de indicatiehandgreep L2
en draai de schroef vast.
12. Technische gegevens
- Voorschriften: DIN EN 61243-3: 2015, IEC 61243-3: 2014
- Nominaal spanningsbereik: 12 V tot AC/DC 1.000 V
-
Nominaal frequentiebereik f: 0 tot 500 Hz
-
Maximale indicatiefout: U
-
Impedantie (inwendige weerstand) meetcircuit/ lastcircuit:
205 kΩ/ 5 kΩ
-
Stroomopname meetcircuit: I
-
Stroomopname lastcircuit: I
-
Polariteitsindicatie: + 12 V LED, - 12 V LED
- Testen van de buitengeleider (faseweergave): ≥ U
50 Hz/ 60 Hz
- Testen van het draaiveld: ≥ U
-
Doorgangstest: 0 tot ca. 100 kΩ, LED + zoemer, test-
stroom: maximum 10 μA
-
Kabelbreukdetector: ≥ U
- Vibratiemotor, start: ≥ U
- Overspanningscategorie: CAT IV 600 V, CAT III 1000 V
-
Beschermingsgraad: IP 65 (DIN VDE 0470-1 IEC/EN 60529)
6 - eerste kengetal: Bescherming tegen toegang tot ge-
vaarlijke onderdelen en bescherming tegen vaste vreem-
de voorwerpen, stofdicht
5 - tweede kengetal: Beschermd tegen straalwater. Ook te
gebruiken bij neerslag.
-
max. toegestane Inschakelduur: 30 s (max. 30 seconden),
240 s uit
-
Batterij: 2 x micro, LR03/AAA (1,5 V)
-
Gewicht: ca. 250 g
-
Lengte van de verbindingsleiding: ca. 1000 mm
-
Temperatuurbereik voor werking en opslag: - 15 °C tot +
55 °C (klimaatcategorie N)
-
Relatieve luchtvochtigheid: 20 % tot 96 % (klimaatcategorie N)
-
Terugregeltijden (thermische beveiliging):
Spanning/tijd: 230 V/30 s, 400 V/9 s, 690 V/5 s, 1000 V/2 s.
-
Activeringstijd van de indicator (inschakeltijd): 750 ms
13. Algemeen onderhoud
Reinig de behuizing aan de buitenkant met een schone, droge
doek.
Indien er verontreinigingen of afzettingen aanwezig zijn in het
gebied van de batterij of van de batterijbehuizing, dan reinigt u
ook deze met een droge doek.
Verwijder de batterijen uit het apparaat bij een langdurige op-
slag!
02/ 2019
M
voor doorgang.
8
DUSPOL
2
en L2/+
M
voor doorgang brandt.
8
4
kan bij geopende teststaven
8
worden ingeschakeld.
.
± 15 %, ELV U
n
< 6,0 mA (1.000 V)
s
< 550 mA (1.000 V)
s
400 V, 50 Hz/ 60 Hz
n
200 V
n
230 V
n
expert
®
2
3
tegen de te
over het volledige op-
5
over een leiding die
+ 0% - 15%
n
L
en L2/+
6
in
8
230 V,
n
48