Tabla de contenido
Publicidad
•
Het gereedschap niet forceren. Gebruik het juiste gereed-
schap voor het werk. Het juiste gereedschap zal het werk
beter, veiliger en op het tempo waarvoor het ontworpen is
uitvoeren.
•
Het gereedschap niet gebruiken wanneer de schakelaar
niet aan en uit geschakeld kan worden. Gereedschap
waarover u geen controle door middel van een trekker heeft
is gevaarlijk en moet gerepareerd worden.
•
Het gereedschap van de voeding scheiden voordat u bijs-
tellingen uitvoert, hulpstukken verandert of het gereedsc-
hap opbergt. Dergelijke voorzorgsmaatregelen verkleinen
de kans op het per ongeluk starten van het gereedschap.
•
Bewaar ongebruikt gereedschap buiten het bereik van
kinderen en andere ongeschoolde personen. Gereedschap-
pen zijn gevaarlijk in handen van ongeschoolde gebruikers.
•
Het gereedschap zorgvuldig onderhouden en
schoonhouden. Goed onderhouden en schoongemaakte
gereedschappen raken minder kans defect te raken en zijn
gemakkelijker te bedienen.
•
Controleer de uitlijning van de bewegende delen, het vast-
lopen van bewegende delen, breuk van onderdelen en alle
andere condities die de bediening van het gereedschap
kunnen beïnvloeden. Wanneer het gereedschap beschad-
igd is dient het een onderhoudsbeurt te ondergaan. Veel
ongelukken worden veroorzaakt door slecht onderhouden
gereedschappen.
•
Gebruik alleen de hulpstukken voor uw model die aan-
bevolen zijn door Ingersoll-Rand. Hulpstukken die
geschikt zijn voor een bepaald gereedschap kunnen gevaren
opleveren als ze met een ander gereedschap worden gebruikt.
•
Onderhoudsbeurten voor gereedschap mogen alleen uit-
gevoerd worden door bevoegde reparateurs. Service of
onderhoud dat uitgevoerd wordt door niet bevoegd personeel
kan risico op lichamelijk letsel inhouden.
•
Gebruik alleen identieke reserveonderdelen als het gereed-
schap een onderhoudsbeurt krijgt. Houd u aan alle
instructies in deze onderhoudshandleiding. Gebruik van
niet geautoriseerde onderdelen of nalatigheid bij het opvolgen
van deze instructies kan het risico van een elektrische schok of
lichamelijk letsel met zich meebrengen.
•
Dit product altijd installeren, bedienen, inspecteren en
onderhouden in overeenstemming met alle voorschriften
(plaatselijk, provinciaal, nationaal, internationaal).
Nalaten om de normen en richtlijnen op te volgen kan tot per-
soonlijk letsel leiden.
•
Gebruik altijd de aangegeven voedingsspanning. Een ver-
keerde spanning kan elektrische schok, brand of abnormale
werking veroorzaken en tot persoonlijk letsel leiden.
•
Zorg ervoor dat alle elektrische snoeren en kabels de cor-
recte diameter hebben en dat alle stekkers en aansluitin-
gen stevig bevestigd zijn. Een draad met een te kleine
diameter en loszittende aansluitingen kunnen elektrische
schok of brand veroorzaken en tot persoonlijk letsel leiden.
•
Zorg ervoor dat een toegankelijke elektrische nood-
schakelaar is geïnstalleerd en dat anderen worden ingeli-
cht over de locatie van de schakelaar. In het geval van een
ongeluk kan deze uitschakelaar het persoonlijk letsel tot een
minimum beperken.
•
Geen typeplaatjes verwijderen. Beschadigde labels
moeten worden vervangen. Labels bevatten de nodige
informatie over het veilig gebruik van het product.
•
Blootstelling aan en inademen van schadelijke stof en
deeltjes die door het elektrisch gereedschap worden vero-
orzaakt moet worden voorkomen. Sommige stofsoorten
die veroorzaakt worden door machinaal schuren, zagen,
slijpen, boren of andere constructiewerkzaamheden, bevatten
chemicaliën waarvan bekend is dat ze kanker en geboorteaf-
wijkingen veroorzaken of de voortplantingsorganen andere
schade toebrengen. Enkele voorbeelden van deze chemi-
caliën zijn:
- lood uit loodhoudende verf;
- kristallijne silica uit bakstenen, cement en andere
metselproducten;
- arsenicum en chroom uit chemisch behandeld
timmerhout.
Het risico van deze blootstellingen is verschillend,
afhankelijk van hoe vaak u deze werkzaamheden verricht.
Om de blootstelling aan deze chemicaliën te verminderen
dient u te werken in een goed geventileerde ruimte en
goedgekeurde veiligheidsmiddelen te gebruiken, zoals stof-
maskers die speciaal bedoeld zijn voor het filteren van
microscopische deeltjes.
•
Houd rekening met begraven, verborgen of andere gev-
aren in uw werkomgeving. Snoeren, leidingen, pijpen of
slangen die elektrische draden, explosieve gassen of
schadelijke vloeistoffen kunnen bevatten mogen niet aanger-
aakt of beschadigd worden.
•
Stop met het gebruik van uw gereedschap wanneer u
ongemak of een tintelend gevoel of pijn ervaart. Trillingen,
zich herhalende bewegingen, of ongemakkelijke houdingen
kunnen schadelijk zijn voor uw handen en armen. Elektrische
gereedschappen kunnen trillen tijdens het gebruik. Vraag
medisch advies alvorens het werk te hervatten.
•
Aanraking van bewegende onderdelen van het gereedsc-
hap moet worden voorkomen. Het gereedschap en/of de
hulpstukken van het gereedschap kunnen even blijven
draaien nadat de voeding is uitgeschakeld, waardoor risico
ontstaat op verstrikt raken of ander persoonlijk letsel.
•
Het aanbrengen van veranderingen in dit gereedschap, de
veiligheidsinrichtingen of het toebehoren ervan is niet
toegestaan. Ongeautoriseerde veranderingen kunnen leiden
tot elektrische schok, brand of persoonlijk lestel.
•
Gebruik dit gereedschap niet voor andere dan de aanbev-
olen doeleinden. Anders bestaat risico op persoonlijk letsel.
•
Voordat het gereedschap in gebruik wordt genomen eerst
op de stand van de omkeerhendel letten zodat u de
draairichting kent wanneer de regelaar wordt gebruikt.
•
Uitsluitend moerdoppen voor impactdoppen en bijbe-
horende hulpstukken gebruiken. Geen handmoersleutels
(chroom) of bijbehorende hulpstukken gebruiken, omdat de
koppel deze tijdens het gebruik zal doen afbreken.
•
Steeds wanneer de haakse kop wordt geïnstalleerd of
opnieuw geplaatst, moet de Aan/Uit schakelaar zo
worden geplaatst dat een reactiekoppel de schakelaar niet
in de "On" (aan) stand zal vasthouden. U kunt het gereed-
schap anders mogelijk niet uitzetten.
•
Wanneer een steunhandgreep, reactiestang of ander mid-
del aanwezig is voor reactiekoppel, moet deze correct
worden geïnstalleerd om het risico van de reactiekoppel
zoveel mogelijk te beperken. Zonder gebruik hiervan kan
verlies van controle optreden.
•
Gebruik een stevig bevestigde steunhandgreep of reacties-
tang op gereedschappen wanneer de koppel of kracht niet
gemakkelijk door de gebruiker is te beheersen. Een reac-
tiestang moet worden gebruikt tegen een stevig bevestigd
voorwerp. Zonder gebruik hiervan kan verlies van controle
optreden.
•
Blijf uit de buurt van het knijppunt tussen de reactiestang
of steunhandgrepen en vaste voorwerpen in de werkom-
geving. Er bestaat risico op beklemd raken.
•
Wanneer een draaginrichting wordt gebruikt moet
gezorgd worden dat deze stevig is bevestigd. Niet stevig
bevestigen kan resulteren in verlies van controle,
onverwachte bewegingen of vallen van het gereedschap.
•
Houd uw handen weg van de draaiende uitgaande as van
het buismoergereedschap. Dit gedeelte bevat een knijppunt.
•
Na reparatie of vervangen van onderdelen, moet gereed-
schap met een automatische uitschakeling of koppeling
getest worden om de juiste werking te controleren.
•
Na reparatie of vervangen van onderdelen, moet gereed-
schap met een interne transducer geijkt worden. Con-
troleer of de transducer goed functioneert.
•
Deze gereedschappen zijn ontworpen voor gebruik met
de Ingersoll-Rand IC serie van DC controllers. Houd u
aan alle waarschuwingen in de literatuur van controllers
en alle waarschuwingen in deze handleiding. Zich niet
houden aan deze waarschuwingen kan leiden tot elektrische
schok, brand en/of ernstig persoonlijk letsel.
42
Publicidad
Tabla de contenido
