LSI
4. Montage
4.1 Mechanische bevestiging
De behuizing van de LSI kan of via DIN-railtechniek (TS 35)
of via de meegeleverde bevestigingsset in de schakelkast
(min. beschermingsgraad IP54) worden bevestigd. Let voor
de montage van de PLS a.u.b. op de aanwijzingen in de
Technischen Beschrijving van de PLS.
4.2 Elektrische installatie
Voor de bedrading van de installatie wordt aanbevolen het
aansluitschema in de bijlage open te vouwen.
M.b.t. de spanningstoevoer naar de LSI moet erop worden
gelet dat de totale stroomopname afhangt van het aantal
gebruikte sensors en de aangesloten last aan de uitgangen.
Nadere gegevens hierover staan ook vermeld in de
Technische Beschrijving van PLS en LSI. Let er bovendien op
dat de leidingsdoorsnede voldoende is.Gebruik voor de be-
drading van de WAGO-connectorverbindingen de meegele-
verde kunststof klembeugels.
Bij de toepassing van de incrementale geveringangen C en D
staan de statische ingangen C1, C2 en D1, D2 niet meer ter
beschikking!
Kenmerk de aansluitstekkers om verwisselingen te
voorkomen.
Aanwijzingen m.b.t. de installatie van de PLS aan de LSI
In verbinding met de LSI mogen de veiligheidsuitgangen
(OSSD) van de aangesloten PLS niet worden gebruikt.
Let a.u.b. ook op het volledige aansluitschema in de bijlage.
Leg alle leidingen en aansluitkabels zodanig dat zij tegen
beschadigingen beschermd zijn.
Wanneer u de connectoren en leidingen zelf confectioneert,
dient u erop te letten dat u de kubusvormige connectoren voor
de voedingsspanning en de interface niet verwisselt.
8 008 308/M848/06-05-02 Operating Instructions · LSI
© SICK AG · Industrial Safety Systems · Germany · All rights reserved
NL
243