Bedrade Alarmgroepen Testen En Deactiveren - ESYLUX PROTECTOR Operación Manual

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 146
NL
HANDLEIDING
4 • BEDIENING EN PROGRAMMERING

2.2. Bedrade alarmgroepen testen en deactiveren:

Selecteer de gewenste alarmgroep met [ ] of [ ]
- [Test] maakt het mogelijk de geselecteerde alarmgroep of alle alarmgroepen te testen
- [Inaktiv] (Inactief) schakelt de geselecteerde alarmgroep uit
Programmeren:
Selecteer de gewenste alarmgroep met [ ] of [ ] en bevestig met [OK]
- [Name] (Naam) maakt het mogelijk een specifieke naam voor de alarmgroep in te voeren
- [Vorlagen] (Sjablonen) roept tien opgeslagen teksten op die met [ ], [ ], [ ], [ ] gewijzigd of met [OK] ingesteld worden
- [Status] wisselt tussen het type alarmgroepbewaking. De actieve status wordt in het display weergegeven:
NO = de alarmgroep is in de rusttoestand open en in de alarmtoestand gesloten
NC = de alarmgroep is in de rusttoestand gesloten en in de alarmtoestand open
EOL NO = conventionele lijntechnologie. De alarmgroep is met een eindweerstand in de laatste melder afgesloten. Let hierbij
op de polariteit (rood = + zwart = -). Aangesloten
Melders moeten in de alarmtoestand de alarmgroep met 1,2 kilo-ohm belasten.
Voordeel van conventionele lijntechnologie: De alarmgroep wordt ook gecontroleerd op draadbreuk en kortsluiting.
Opmerking: Alarmgroep 11 is alleen te gebruiken als NO-alarmgroep.
- [Typ] (Type) definieert hoe de alarmgroep bij een alarm wordt weergegeven. Er kan gekozen worden uit brand, huisalarm,
gasalarm, technisch alarm en evacuatiealarm.
Opmerking: Alarmgroep 11 is alleen te gebruiken als huisalarmgroep. Het statuslampje van de drukknop wordt niet aangestuurd.
Als het statuslampje van de drukknopmelder noodzakelijk is, gebruik dan een van de alarmgroepen 7 t/m 10.
- [Delay] en [ ], [ ] stelt de verificatietijd in seconden in. Bij een alarm start de verificatietijd direct. De centrale gaat dan voor de
duur van de verificatietijd in de toestand vooralarm. Pas na afloop van de verificatietijd worden het hoofdalarm en de akoestische
signaalgevers geactiveerd. Daarvoor moet [Delay] voor de akoestische signaalgevers geactiveerd zijn in menu 3. Uitgangen. Dit
geeft de gebruiker de mogelijkheid het alarm ter plaatse te controleren en desgewenst uit te schakelen met [Geluid uit], voordat
een hoofdalarm wordt gegeven. Als de verificatietijd 0 seconden is, gaat het hoofdalarm direct af.
57

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido