Freesdiepte Instellen; Tips Voor De Werkzaamheden - Bosch GOF 2000 CE Professional Manual Original

Ocultar thumbs Ver también para GOF 2000 CE Professional:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 27
OBJ_BUCH-622-004.book Page 54 Tuesday, October 18, 2016 11:44 AM
54 | Nederlands
Als u het elektrische gereedschap wilt uitschakelen laat u de
aan/uit-schakelaar 19 los, of als deze met de blokkeerknop
18 vergrendeld is, drukt u de aan/uit-schakelaar 19 kort in en
laat u deze vervolgens los.
Om energie te besparen, schakelt u het elektrische gereed-
schap alleen in wanneer u het gebruikt.
Constant-electronic
De constant-electronic houdt het toerental bij onbelast en be-
last lopen vrijwel constant en waarborgt een gelijkmatige ar-
beidscapaciteit.

Freesdiepte instellen

 De freesdiepte mag alleen worden ingesteld wanneer
het elektrische gereedschap uitgeschakeld is.
Ga als volgt te werk om de freesdiepte grof in te stellen:
– Plaats het elektrische gereedschap met het gemonteerde
freesgereedschap op het te bewerken werkstuk.
– Draai de schaalverdeling van de fijninstelling 2 op „0".
– Stel de standenaanslag 8 op de laagste stand; de standen-
aanslag klikt merkbaar vast.
– Draai de spanhendel voor de grofinstelling van de frees-
diepte 5 los door deze linksom te draaien, zodat de diepte-
aanslag 4 vrij kan worden bewogen en deze de standen-
aanslag 8 raakt.
– Duw de ontgrendelingshendel 16 omlaag en geleid de bo-
venfrees langzaam omlaag tot de frees 22 het werkstukop-
pervlak raakt. Laat de ontgrendelingshendel 16 weer los
om deze invaldiepte vast te zetten.
– Draai de schaalverdeling van de grofinstelling 6 op „0".
– Stel de gewenste freesdiepte in door aan de draaiknop van
de grofinstelling van de freesdiepte 7 te draaien en door de
waarde op de schaalverdeling 6 af te lezen. Let erop dat u
de draaibare schaalverdeling 6 niet meer vooraf instelt.
– Zet de spanhendel voor de grofinstelling van de freesdiep-
te 5 vast door deze rechtsom te draaien en geleid het elek-
trische gereedschap naar boven terug.
Bij grotere freesdiepten dient u een aantal bewerkingsstap-
pen met telkens een geringe spaanafname uit te voeren. Met
behulp van de standenaanslag 8 kunt u de freesbewerking in
verschillende fasen verdelen. Stel daarvoor de gewenste
freesdiepte met de laagste stand van de standenaanslag in en
kies voor de eerste bewerkingsstappen eerst de hoogste
standen. De afstand van de standen kan door het verdraaien
van de instelschroeven veranderd worden.
Na eenmaal proeffrezen kunt u door aan de draaiknop 1 te
draaien de freesdiepte nauwkeurig op de gewenste maat in-
stellen. Draai tegen de wijzers van de klok in om de freesdiep-
te te vergroten. Draai met de wijzers van de klok mee om de
freesdiepte te verkleinen. De schaalverdeling 2 dient daarbij
ter oriëntatie. Een slag komt overeen met een verstelweg van
2,0 mm. Een maatstreepje op de bovenrand van de schaal-
verdeling 2 komt overeen met een verandering van de verstel-
weg met 0,1 mm. De maximale verstelweg bedraagt ± 8 mm.
Voorbeeld: De gewenste freesdiepte moet 10,0 mm zijn. Het
proeffrezen leverde een freesdiepte van 9,6 mm op.
2 610 041 858 | (18.10.16)
– Til de bovenfrees op leg bijvoorbeeld een stuk resthout on-
der de glijplaat 12, zodat de frees 22 bij het omlaag bewe-
gen het werkstuk niet raakt. Duw de ontgrendelingshendel
16 omlaag en geleid de bovenfrees langzaam omlaag tot de
diepteaanslag 4 de standenaanslag 8 raakt.
– Draai de schaalverdeling 2 op „0" en draai de spanhendel
voor de grofinstelling van de freesdiepte 5 los door deze
linksom te draaien.
– Draai de draaiknop 7 0,4 mm/4 maatstreepjes (verschil
tussen gewenste en werkelijke waarde) en zet de spanhen-
del voor de grofinstelling van de freesdiepte 5 vast door
deze rechtsom te draaien.
– Controleer de gekozen freesdiepte door nogmaals proef-
frezen.

Tips voor de werkzaamheden

 Trek altijd voor werkzaamheden aan het elektrische
gereedschap de stekker uit het stopcontact.
 Bescherm frezen tegen schokken en stoten.
Freesrichting en freesbewerking (zie afbeelding C)
 De freesbewerking moet altijd tegen de draairichting
van het freesgereedschap 22 in plaatsvinden (tegenlo-
pend). Bij het frezen met de draairichting mee (gelijk-
lopend frezen) kan het elektrische gereedschap uit uw
hand worden getrokken.
– Stel de gewenste freesdiepte in. Zie het gedeelte „Frees-
diepte instellen".
– Zet het elektrische gereedschap met gemonteerd freesge-
reedschap op het te bewerken werkstuk en schakel het
elektrische gereedschap in.
– Duw de ontgrendelingshendel 16 omlaag en geleid de bo-
venfrees langzaam omlaag tot de ingestelde freesdiepte
bereikt is. Laat de ontgrendelingshendel 16 weer los om
deze invaldiepte vast te zetten.
– Voer de freesbewerking met een gelijkmatige voorwaartse
beweging uit.
– Geleid na beëindiging van de freesbewerking de boven-
frees in de bovenste stand terug.
– Schakel het elektrische gereedschap uit.
Frezen met hulpgeleider (zie afbeelding D)
Voor het bewerken van grote werkstukken of bij het frezen
van groeven kunt u een plank of een plint als hulpgeleider op
het werkstuk bevestigen en de bovenfrees langs de hulpgelei-
der bewegen. Geleid de bovenfrees aan de afgevlakte zijde
van de glijplaat langs de hulpgeleider.
Kanten- en vormfrezen
Bij het kanten- en vormfrezen zonder parallelgeleider moet
het freesgereedschap zijn voorzien van een pen of lager.
– Geleid het ingeschakelde elektrische gereedschap van op-
zij naar het werkstuk tot de pen of het lager van het frees-
gereedschap tegen de te bewerken rand van het werkstuk
ligt.
– Geleid het elektrische gereedschap met beide handen
langs de rand van het werkstuk. Let er daarbij op dat het
gereedschap onder de juiste hoek op het werkstuk ligt. Te
sterke druk kan de rand van het werkstuk beschadigen.
Bosch Power Tools

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido