Black Out (Verduisteren); Add Kill (Kill Toevoegen); Full On (Volledig Aan); Andere Functies - Chauvet Stage Designer 50 Instrucciones De Programacion

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

Stage Designer™ 50
Black Out
(verduisteren)
Dark (donker)
Hold
(bevriezen)
Blind en Home
Omdraaifuncties
% of 255
Add Kill (Kill
toevoegen)
Full On
(volledig aan)
Stage Designer™ 50 Instructions Rev. 1 ML5
© Copyright 2015 Chauvet
All rights reserved
Printed in the P. R. C.
5200 N.W. 108th Ave., Sunrise, FL 33351 U.S.A. (800) 762-1084 – (954) 577-4455 FAX (954) 929-5560

Andere functies

Black Out (verduisteren) stopt alle DMX-uitvoer van de regelaar. Functies blijven gedurende Black
Out (verduistering) nog wel werken, maar er is geen DMX-uitvoer. Om Black Out (verduistering)
in te schakelen:
Druk op <BLACKOUT>.
Het LED-lampje (geel) voor Black Out (verduisteren) gaat branden als Black Out
(verduisteren) actief is.
Op elk moment zal het indrukken van <DARK> de regelaar tijdelijk verduisteren. Het
loslaten van <DARK> herstelt de DMX-uitvoer. Scènes die afspelen blijven afspelen met
<DARK>.
Wanneer een scène wordt afgespeeld kan <HOLD> ingedrukt worden om de DMX-uitvoer te
bevriezen in zijn huidige toestand. Hoewel de DMX-uitvoer zal bevriezen, zal de scène doorgaan.
Laat <HOLD> los om verder te gaan. Met het loslaten van <HOLD> zal de uitvoer verder
springen naar de stap die op dat moment wordt verwerkt.
Als <BLIND> wordt ingedrukt zal de flash-knop van een kanaal dat kanaal op hetzelfde
moment verduisteren.
Als <HOME> wordt ingedrukt zal de flash-knop van een blind kanaal op hetzelfde moment
zijn functie herstellen.
Er zijn vier beschikbare omdraaifuncties voor de Stage Designer™ 50:
·
Beat Reverse (beat omdraaien): het indrukken van <BEAT REV> draait het afspelen
om van alle scènes die een opgenomen beat hebben. Dit is zelfs effectief in de enkele
achtervolgingsmodus.
·
Chase Reverse (achtervolging omdraaien): het indrukken van <CHASE REV> draait
het afspelen om van alle scènes die geen opgenomen beat hebben.
·
Reverse One (een omdraaien): het indrukken van <REV ONE> draait het afspelen om
van geselecteerde scènes.
·
All Reverse (alles omdraaien): het indrukken van <ALL REV> draait het afspelen om
van alle scènes.
LET OP: De omdraaifuncties blijven hetzelfde met audio-triggering geactiveerd.
De Stage Designer™ 50 kan fader- en hulptoestanden weergeven als DMX-waarden of als een
percentage van 0 tot 100. Om te wisselen naar het nummersysteem.
Houd <RECORD> (opnemen) ingedrukt. Druk op <% or 255>. Laat <RECORD>
(opnemen) los.
Het indrukken van <ADD KILL> zal tijdens het afspelen schakelen naar de modus Add Kill (Kill
toevoegen), die wordt aangegeven door het LED-lampje dat gaat branden.
In de modus Add Kill (Kill toevoegen), plaatst het indrukken van een flash-knop (<1 / 36> –
<24 / 48>) dat kanaal naar de volledige uitvoer en verduistert het alle andere kanalen. De
scène blijft in de achtergrond spelen, maar alleen het gekozen kanaal wordt uitgevoerd.
Met het loslaten van de flash-knop zal de uitvoer verder springen naar de stap die op dat
moment wordt verwerkt.
Het indrukken van <FULL ON> veroorzaakt dat alle 48 DMX-kanalen uitvoeren op 100%.
Het loslaten van <FULL ON> herstelt de normale functie. Wanneer een scène wordt
afgespeeld wanneer <FULL ON> wordt losgelaten, springt de uitvoer naar de stap die op dat
moment wordt verwerkt
www.chauvetlighting.com
.
20
NL

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido