ONDERHOUD EN VERZORGING
VAN HET VOERTUIG
• Demonteer het voertuig niet zelf, en probeer het
niet te repareren. Neem contact op met een
erkend assistentiecentrum van Peg Perego.
• Het is niet raadzaam het speelgoed in ruimten te
laten waar de temperatuur onder nul is. Als het
gebruikt wordt zonder het op een temperatuur
boven nul te brengen, kan dit onherstelbare schade
aan motoren en accu's veroorzaken.
• Controleer regelmatig de staat van het voertuig, in
het bijzonder het elektrische systeem, de
stekkerverbindingen, de beschermdoppen en de
accuoplader. Als er defecten geconstateerd zijn,
mogen het elektrische voertuig en de accuoplader
niet worden gebruikt.
• Bij reiniging, onderhoud of een ingreep aan het
speelgoed moet de accuoplader worden
losgekoppeld van het artikel.
• Gebruik voor reparaties uitsluitend originele
vervangingsonderdelen van PEG PEREGO.
• PEG PEREGO aanvaardt geen enkele
aansprakelijkheid in het geval dat het elektrische
systeem onklaar gemaakt is.
• Laat de accu's of het voertuig niet in de buurt van
warmtebronnen zoals radiatoren, haarden, enz.
• Bescherm het voertuig tegen water, regen, sneeuw
enz.; het gebruik op zand of in modder zou schade
kunnen veroorzaken aan de drukknoppen, motoren
en vertragingen.
• Smeer bewegende onderdelen zoals lagers, het
stuur enz. periodiek (met lichte olie).
• De oppervlakken van het voertuig kunnen worden
schoongemaakt met een vochtige doek en, indien
nodig, met huishoudelijke, niet- schurende
producten.
• Alleen volwassenen mogen het voertuig
schoonmaken.
• Demonteer nooit de mechanismen van het
voertuig of de motoren, tenzij hiervoor
toestemming is verkregen van PEG PEREGO.
REGELS VOOR VEILIG RIJDEN
Voor de veiligheid van het kind: alvorens het voertuig
te gebruiken moeten de volgende instructies worden
gelezen en zorgvuldig worden opgevolgd.
• Leer uw kind hoe het voertuig op de juiste wijze
gebruikt wordt, om veilig en met plezier te kunnen
rijden.
• Bij het gebruik van het speelgoed is voorzichtigheid
geboden aangezien een grote vaardigheid vereist is,
om vallen of botsingen te vermijden waarbij de
gebruiker of anderen verwondingen kunnen
oplopen.
• Controleer voor het wegrijden of er zich geen
personen of voorwerpen op de route bevinden.
• Rijd met de handen op het stuur/stuurwiel en kijk
altijd op de weg.
• Rem op tijd om botsingen te voorkomen.
LET OP! Het remsysteem van het artikel is zodanig
dat het kind goed geïnstrueerd moet worden door
een volwassene in het gebruik ervan.
2e SNELHEID (indien aanwezig)
Geadviseerd wordt om aanvankelijk de 1e versnelling
te gebruiken.
Alvorens naar de 2e versnelling over te schakelen,
moet worden verzekerd dat het kind goed geleerd
heeft hoe het stuur/stuurwiel, de 1e versnelling en de
rem moeten worden gebruikt, en voldoende
vertrouwd geraakt is met het voertuig.
LET OP!
• Controleer of alle bevestigingsschroeven/-moeren
van de wielen stevig vastzitten.
• Als het voertuig in overbelaste toestand
functioneert, bijvoorbeeld op droog zand, in de
modder of op erg oneffen terrein, schakelt de
overbelastingsschakelaar het vermogen onmiddellijk
uit. Het vermogen wordt na enkele seconden weer
ingeschakeld.
PLEZIER ZONDER ONDERBREKINGEN: houd altijd
een vervangende accuoplaadset gereed.
PROBLEMEN?
HET VOERTUIG FUNCTIONEERT NIET?
• Controleer of er geen kabels loszitten onder de
plaat van het gaspedaal.
• Controleer de werking van de drukknop van het
gaspedaal en vervang hem eventueel.
• Controleer of de accu verbonden is met het
elektrische systeem.
HET VOERTUIG HEEFT GEEN VERMOGEN?
• Laad de accu's op. Als het probleem na het opladen
nog steeds bestaat, moeten de accu en de
accuoplader worden gecontroleerd bij een
assistentiecentrum.
ASSISTENTIEDIENST
PEG PEREGO biedt een after-sales
assistentieservice, rechtstreeks of via een netwerk
van erkende assistentiecentra, voor eventuele
reparaties of vervangingen en de verkoop van
originele vervangingsonderdelen.
Om contact op te nemen met een
assistentiecentrum, ga naar onze site
http://www.pegperego.com
Bij ieder contact heeft u het serienummer van het
artikel nodig. Raadpleeg de pagina over de
vervangingsonderdelen om het serienummer te
kunnen vinden.
MONTAGE-INSTRUCTIES
LET OP
ALLEEN VOLWASSENEN MOGEN DE
MONTAGEWERKZAAMHEDEN UITVOEREN.
LET OP WANNEER U HET VOERTUIG UIT DE
VERPAKKING HAALT.
ALLE SCHROEVEN EN KLEINE ONDERDELEN
ZITTEN IN EEN ZAKJE IN DE VERPAKKING.
DE ACCU ZOU AL IN HET ARTIKEL KUNNEN
ZITTEN.
Gebruik het speelgoed niet als het beschadigd blijkt
nadat de verpakking geopend is, maar wendt u tot
het verkooppunt of bel het assistentiecentrum.
Let op kinderen die aanwezig zijn tijdens de montage,
want er bestaan risico's vanwege de kleine
onderdelen (gevaar voor inslikken) en de plastic
zakjes waarin ze zijn verpakt (gevaar voor
verstikking).
Voor de montage van het speelgoed heeft u een
rechte en een kruiskopschroevendraaier, een hamer
en een tang nodig.
MONTAGE
1 • Haal het frame uit de verpakking en leg hem op
een kant. Duw de 2 rode steunen met hun
tanden vast in het frame.
2 • Zet het frame weer horizontaal en draai de 4
schroeven die er binnenin zitten vast, om de 2
steunen op hun plaats te houden.
3 • Duw de 2 cilindervormige schokdempers aan de
achterkant in de holten, waarbij u op de rechter-
en linkerkant moet letten (dit wordt aangegeven
op de achterkant van de onderdelen).
4 • Duw het zijpaneeltje in de 2 openingen in het
frame. Plaats ook het zijpaneeltje aan de andere
kant.
5 • Positioneer de rollbarsteun, door hem eerst aan
de achterkant op zijn plaats te steken en
vervolgens aan de voorkant vast te zetten. Doe
hetzelfde met de andere steun.
6 • Draai beide steunen vast met de meegeleverde
schroeven.
7 • Steek de dwarsstang van de rollbar in deverticale
steunen, maar let erop dat de 3 openingen voor
de lampen naar de voorkant van het voertuig
gericht zijn en geplaatst zijn zoals op afb. B.
8 • Zet de rollbar met kracht vast met de 2
zelftappende schroeven, één aan elke kant.
9 • Monteer op de dwarsstang van de rollbar de 3
ringen voor de lichten, zoals op de afbeelding.
10 • Bevestig de lichten aan de dwarsstang van de
rollbar met de meegeleverde schroeven, maar let
er hierbij op dat ze samenvallen met de
openingen van de ringen.
11 • Breng op de 2 plaatsen van de achterlampen de
zilverkleurige stickers aan.
12 • Duw de achterlampen in de hiervoor bestemde
holten.
13 • Plaats de stoel in de gewenste positie (de stoel
kan in 2 standen worden gezet) en zet hem vast
met de 2 meegeleverde schroeven. Positioneer
ook de andere stoel en zet hem vast.
14 • Steek de 2 uiteinden van de gordels in de
openingen in het midden tussen de stoelen, zoals
op de afbeelding.
15 • Breng de 2 klembanden aan op de rollbars, één
aan elke kant, door hen te verwijden en te
positioneren.
16 • Bevestig de 2 veiligheidsgordels met de
meegeleverde schroeven, ieder aan zijn eigen
klemband.
17 • Plak de sticker op de tachometer en duw het
glaasje erover vast. Breng nu de tachometer aan
op het dashboard, door eerst het lipje erin te
steken en daarna de tand.
18 • Monteer de afdekking van het dashboard door
hem vast te duwen, eerst de bovenste tanden en
daarna de onderste, zoals op de afbeelding.
19 • Verbind de twee delen van het stuur met elkaar.
20 • Plaats de claxon in de opening in het midden van
het stuurwiel volgens de instructies op de
verpakking.
21 • Verwijder de plastic bescherming van de
stuurstang. Plaats het stuurwiel op de stang door
de gaten over elkaar te laten vallen.
22 • Steek de schroef erin vanaf de ene kant en breng
de moer aan de andere kant aan, om het stuur
vast te zetten zoals op de afbeelding.
23 • Monteer het net van het windscherm, zoals op
de afbeelding. Afbeelding A toont de 2
geassembleerde delen.
24 • Bevestig het net aan de buis met de 3 schroeven.
25 • Plaat het windscherm door het vast te duwen op
de motorkap.
26 • Zet het windscherm aan het voertuig vast met
de meegeleverde schroeven.
27 • Duw de overige 2 schokdempers op hun plaats
aan de voorzijde, waarbij u op de rechter- en
linkerkant moet letten (dit wordt aangegeven op
de achterkant van de onderdelen).
28 • Plaats het frontpaneel door het aan het frame
vast te haken op de 6 punten die gemarkeerd
zijn op detailtekening A.
29 • Zet het paneel vast met de 2 schroeven.
30 • Breng op de 2 plaatsen van de koplampen de
zilverkleurige stickers aan.
31 • Duw de koplampen in de hiervoor bestemde
openingen.
32 • Haal de beschermdoppen van de stuurstangen.
Schuif er aan één kant een meegeleverde grote
ring op.
33 • Schuif, eveneens vanaf deze kant, een van de
twee voorwielen (de smallere) erop. Houd de
velg aan de buitenkant (ga na of deze in het wiel
geplaatst is, of bevestig hem anders aan de
passtift). Schuif vervolgens een kleine ring en de
moer erop. Zet het wiel vast door de moer aan
te halen. Doe hetzelfde om het andere voorwiel
te monteren.
34 • Verwijder de beschermdoppen van de achteras
en steek deze in de achterkant van het voertuig,
zoals op de afbeelding.
35 • Monteer de driver op een van de achterwielen,
aan de kant tegenover de naafafdekking, door
hem vast te duwen. Ga verder door dit wiel op
de as te schuiven terwijl deze in positie
gehouden wordt. Doe hetzelfde voor het andere
achterwiel.
36 • Plaats respectievelijk een kleine ring en een moer
op beide wielen. Ga verder door de moeren aan
te halen met de meegeleverde sleutel aan de ene
kant en een tang aan de andere.
37 • Druk de 4 naafafdekkingen vast op de wielen.
38 • Open de accuruimte door de rode vergrendeling
op het symbool van het open hangslot te
draaien. Verbind de stekker van het elektrische
systeem met die van de accu.
39 • Sluit de accuruimte door het deksel aan de
voorkant onder het paneel te steken. Voltooi de
montage door de rode vergrendeling vast te
maken en hem 180° te draaien met behulp van
een muntstuk. Het voertuig is gereed om te
worden gebruikt.
KENMERKEN EN GEBRUIK VAN HET
VOERTUIG
40 • A: CLAXON. De claxon klinkt wanneer de gele
knop wordt ingedrukt.
B: HANDGREEP voor de passagier.
C: Gaspedaal en elektrische rem. Om te
remmen, de voet optillen van het gaspedaal, de
rem treedt automatisch in werking.
41 • De veiligheidsgordels worden als volgt
losgemaakt: 1 de knop naar het midden duwen
en tegelijkertijd indrukken; 2 losmaken.
42 • DRANKENHOUDER aan de achterkant.
Dubbele drankenhouder, in de achterkant van de
bak.