Descargar Imprimir esta página

Trix 22341 Manual De Usuario página 10

Modelo de la serie rh 638

Publicidad

Notice d'utilisation
Ce long modèle réduit de locomotive appelle quelques
commentaires en ce qui concerne l'agencement des voies.
Veillez à respecter les points suivants:
• Le rayon minimal d'inscription en courbe est de 356 mm. Les
voies en courbe ainsi que les branches courbes d'aiguillages de
faible rayon ne doivent être empruntées qu'à vitesse modérée.
• Veillez à éviter les «contre-courbes» lors de l'établissement
de votre réseau de voies. Par contre-courbe, il faut entendre
une courbe suivie immédiatement d'une autre courbe en
sens contraire. S'il est impossible d'éviter la pose d'une telle
contrecourbe sur votre réseau (par ex. aiguillage suivi d'une
contre-courbe), il est impératif de veiller à ce qu'il n'existe
aucune modification de la déclivité de la voie dans la zone
concernée!
• Le début et la fin de la déclivité d'une section de voie doivent
être «adoucies». Entre deux sections de voie voisines, la
différence d'angle de déclivité ne peut dépasser 1 degré au
maximum. Il faut également veiller à ce que la section de voie
de transition entre deux déclivités différentes ait au moins 180
mm de long. Il faut aussi éviter de placer un début de déclivité
juste après une courbe.
• Tous les éléments de voie doivent être posés de façon plane
sur le plan de roulement. Une voie arquée peut entraîner des
déraillements.
10
Gebruiksaanwijzingen
Dit lange locomotiefmodel stelt bijzondere eisen aan uw
modelbaan.
Let a.u.b. op de volgende punten:
• de berijdbare minimale radius is 356 mm. Zowel bij het rijden
in krappe bogen als bij het berijden van wissels met krappe
bogen dient de snelheid aangepast te worden.
• vermijdt zogenaamde tegenbogen in de planning van uw baan.
Met een tegenboog wordt een railsamenstelling bedoelt waar-
bij een gebogen rail direct gevolgd wordt door een gebogen
rail in de tegenovergestelde richting. Soms is het gebruik van
een tegenboog in het railplan van de modelbaan niet te vermij-
den (bijv. wisselstraat). Men dient er dan op te letten, dat in de
omgeving van de tegenboog niet ook nog een wijziging in de
stijging van de rails plaats heeft.
• het begin en het einde van een stijging moeten afgerond verlo-
pen. Tussen twee aaneengesloten railstukken is een wijziging
in de stijgingshoek van 1 graad toegestaan. Daarnaast moet
er op gelet worden dat de railstukken in de stijgingsovergang
minimaal 180 mm lang zijn. De overgang in de stijging mag niet
direct achter een boog liggen.
• alle railstukken moeten vlak op de ondergrond liggen. Een
doorgebogen rail kan een ontsporing veroorzaken.

Publicidad

loading