Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
Handmatige Module
Om in deze module te geraken :
Met de handmatige module kunt u het maximale vermogen van de Gysduction bereiken. Met dit vermogen
kan het opwarmen van onderdelen zeer snel gaan. Het opwarmend vermogen zal hoger zijn wanneer de
inductor dichter bij het voorwerp gehouden wordt.
Geluidssignaal opwarmen
Deze functie activeren of
deactiveren :
Lampje thermische beveiliging
(8)
WERKING VAN HET APPARAAT
1
3
GYSDUCTION AUTO
In deze module kan de gebruiker zelf het gewenste opwarmend vermogen
kiezen.
Houd de toets MODULE (7) kort ingedrukt, totdat de LED voor het woord «
HANDMATIG » (5) gaat branden.
Werking :
De digitale weergave (2) geeft het % van het maximale vermogen (2400
W) aan dat de inductor kan overbrengen op het op te warmen onderdeel.
Gebruik de instelknoppen (1) om het gewenste vermogen in te stellen.
Een geluidssignaal kan worden geactiveerd om aan te geven dat het apparaat
opwarmt. Het geluidssignaal gaat klinken zodra het opwarmen aanvangt, en
de frequentie ervan hangt af van de positie van de inductor ten opzichte van
het te verwarmen onderdeel. Hoe dichter de inductor zich bij het onderdeel
bevindt, hoe harder het geluidssignaal zal zijn.
Druk gedurende 3 seconden op de toets MODULE (7) om de geluidssig-
naal-functie te activeren of te deactiveren.
Dit lampje zal gaan branden wanneer het apparaat, ten gevolge van overver-
hitting, in thermische beveiliging staat, Het apparaat is onbruikbaar zolang
dit lampje brandt. Het lampje zal uitdoven wanneer het apparaat voldoende
is afgekoeld.
Pas dan zal het apparaat weer gebruikt kunnen worden.
Apparaat aanzetten (1)
Aansluiten van een accessoire (2)
1. Kies de gewenste inductor.
2. Open het klepje van de aansluiting van de Gysduction.
3. Koppel de aansluiting van de inductor aan op de Gysduction.
4. Sluit het klepje om de aansluiting te vergrendelen.
5. Het display toont het nummer van het aangesloten accessoire
Aansluiting van de blaasbalg-afstandsbediening (3)
De Gysduction kan worden voorzien van een controle-pedaal
(art. code 055490), nodig voor een gebruik met deblokkeer-induc-
tor, de sticker-inductor en de spiraal inductor.
Sluit de kabel aan op de Gysduction en op de pedaal, om deze
operationeel te maken.
Opwarmen activeren
De ruit en uitdeuk-inductoren beschikken over een opwarmings-
knop. De andere drie functioneren met een blaasbalgje.
2
Benader met de inductor het op te warmen onderdeel, en druk
vervolgens op de knop van de inductor of het blaasbalgje om het
opwarmen te activeren.
(bijvoorbeeld AC1)
NL
61