Holmatro AHS 1400 FDU Manual página 11

Artikel
Temperatuurbereik
Normen
Richtlijnen
Geproduceerd in
3.5 Accessoires
/i
Beschrijving
Oliesmeerapparaat.
Luchtfilter met waterafscheider.
4 Voorbereiding voor eerste gebruik
4.1 Algemeen
• Controleer de apparatuur op compleetheid en beschadigingen. Gebruik de apparatuur niet als deze
beschadigd is; neem in dit geval contact op met de Holmatro-dealer.
• Controleer of het juiste drukontlastgereedschap aanwezig is voor het gebruikte slangensysteem,
zijnde het CORE™-systeem of het dubbele/enkele slangensysteem.
• Controleer of de pomp horizontaal staat.
4.2 Eerste ingebruikname
Maak de pomp bij ontvangst eerst gereed voor gebruik.
• Controleer of alle slangaansluitingen goed vastzitten.
• Controleer of de pomp hydrauliekolie uit de tank krijgt toegevoerd.
• Verwijder de transportdop uit de hydrauliekolietank. Plaats de bijgeleverde vul/ontluchtingsdop voor
de hydrauliekolie (Fig. 2/5). Zie ook het label op de pomp.
5 Bediening
5.1 Systeemwerking
5.1.1 Algemeen
De pomp werkt volgens het booster-principe. Een op een hydraulische plunjer aangesloten
pneumatische plunjer verhoogt de inlaatluchtdruk tot een ca. 100 maal hogere hydraulische druk.
Iedere pomp is voorzien van een veiligheidsklep die de maximumdruk begrenst. Wijzig nooit de
afstelling van dit veiligheidsventiel.
Afhankelijk van het type aansluitkoppeling is de pomp geschikt voor gebruik in combinatie met het
CORE™-systeem of het dubbele/enkele slangensysteem.
In het gereedschap bevindt zich een hydraulische cilinder met daarin een zuiger die een axiale
beweging kan maken. Als de cilinder van onderaf wordt volgepompt, bouwt druk op onder de zuiger,
zodat deze naar buiten wordt gedrukt. De axiale beweging van de zuiger wordt rechtstreeks voor een
cilinder gebruikt of op een spreid- of snijmechanisme overgebracht.
Bij dubbelwerkende gereedschappen bepaalt de open of dichte stand van de regelklep op de pomp de
beweegrichting van de zuiger.
AHS
Eenheid
°C
916.219.125_005
AHS 1400 FDU (C)
-20 tot +55
EN 13204 / NFPA 1936
2006/42/EG
Nederland
Onderdeelnummer
510.511.105
510.502.033
NL
11