Stap 2: De Respirator Monteren; Stap 3: De Respirator Opzetten - CleanSpace 2 PAF-0034 Manual De Instrucciones

4. Aanpassen en verwijderen CleanSpace2
3 lampjes:
2 lampjes:
1 lampje:
3 lampjes en
rood
filterlampje
KNIPPEREN:
5. Verwijder de gele kalibratiestroomtestdop.
Opmerking: De lampjes blijven gedurende de stroomtest 10 seconden aan, hierna gaan de CleanSpace2 en de
lampjes uit.

STAP 2: DE RESPIRATOR MONTEREN

Controleer of het masker en de vermogenseenheid goed gemonteerd zijn en zich in de correcte oriëntatie
bevinden. Het neusgedeelte van het masker en het toetsenbord van de vermogenseenheid moeten beiden
uitgelijnd zijn. Maak uzelf vertrouwd met het toetsenbord en de drie (3) bedieningsmodi (zie sectie over
bedieningsmodi).
Om het masker te verbinden met de vermogenseenheid, moet u de zwarte klemmen aan het uiteinde van de
armen van het masker en de corresponderende zwarte klemmen op de balgen van de vermogenseenheid
lokaliseren. Klik om te verbinden één kant van het masker en de balg op zijn plaats.
Maak uzelf vertrouwd met de bijstellingsknoppen van de balgen en controleer dat de balg op de meest losse
stand is ingesteld en dat beide balgen volledig uitgestrekt zijn. Maak uzelf vertrouwd met de
ontgrendelingsknoppen van het masker aan beide kanten van de balgen. Laat de andere arm van het masker en
de balg los tot u de respirator aanpast.
Het harnas bevestigen
Lokaliseer om het harnas te bevestigen de twee (2) riemen aan de zijkant en één riem aan de achterkant. Hoek
de klemmen op de twee contactpunten van de zijriem aan de vermogenseenheid en het masker. Twee (2)
klemmen van het harnas worden bevestigd aan de zijkanten van het masker, en het klittenband wordt bevestigd
tussen het nekkussen en het midden van de binnenkant van de vermogenseenheid.

STAP 3: DE RESPIRATOR OPZETTEN

Volg de onderstaande procedure om de respirator aan te passen:
•
Controleer of de respirator zich in de stand-by-modus bevindt met de batterij-indicatorlampjes aan en
de motor niet lopend.
•
Zorg ervoor dat één kant van het masker los is en plaats de vermogenseenheid aan de achterkant
van uw nek.
•
Plaats het masker op uw gezicht, door uw kin onderin het masker te plaatsen en het masker over uw
neus en mond te positioneren.
•
Bevestig de losse maskerarm aan de balg van de vermogenseenheid om de respirator rondom uw
nek vast te maken. Stel het masker bij en maak het strakker door één hand op het masker te plaatsen
en de andere hand aan de achterkant van de vermogenseenheid en ze zachtjes naar elkaar toe te
drukken. U hoort verscheidene klikken terwijl de bijstellingsklemmen aangespannen worden. Het
masker moet dicht aansluiten op uw gezicht, maar mag niet strak aanvoelen.
Filter goed en batterij goed (>180 l/min)
Filter ok en batterij goed
Filter moet binnenkort vervangen worden of batterij moet opgeladen worden
Systeemluchtstroom is te laag (<120 l/min) om te werken. Gebruik
CleanSpace2 niet tot een nieuwe filter is geïnstalleerd en/of de batterij is
vervangen. Als de systeemluchtstroom te laag is, moet de respirator
opnieuw ingesteld worden door op de aan/uit-knop te drukken om de
lampjes UIT te zetten en dan de batterij volledig op te laden en/of de filter
te vervangen. Herhaal de stroomtest. Neem contact op met CleanSpace
Technology als CleanSpace2™ de test weer niet haalt, en gebruik de
respirator niet totdat deze is nagekeken.
213
™
(vervolg)
Dutch