Veiligheidsinstructies
De ACE 2.0 mag alleen door een BMW
vakgarage worden ingebouwd.
De ACE 2.0-app mag bij een lopende motor en
tijdens het rijden niet door de bestuurder worden
bediend.
Geef de gebruikshandleiding en de bijlage met
de conformiteitsverklaring mee als u het apparaat
aan een derde geeft.
Hierbij moet de ACE 2.0 vóór verstrekking
aan een derde met de ACE 2.0-app naar de
fabrieksinstellingen worden gereset.
Controleer ook of de micro-SD-kaart vóór
verstrekking aan derden met behulp van de ACE
2.0-app is geformatteerd.
De WLAN-instellingen kunnen met behulp van
de knoppencombinatie op de voorcamera naar
de fabrieksinstellingen worden gereset.
Druk daarbij ten minste 3 seconden tegelijkertijd
op de stroomknop (1) op de achterkant en op
de AAN-UIT-knop voor de microfoon (2) aan de
zijkant van de voorcamera.
Functies
Algemene werking
De ACE 2.0 bestaat uit twee full-HD
breedhoekcamera's die aan de voor- en
achterkant van uw voertuig tijdens het rijden
ongevallen kunnen vastleggen, alsmede
materiële schade tijdens het parkeren. De
camera is vooraan en achteraan voorzien van
nabijheidssensoren (radarsensoren) en van een
trillingssensor (G-sensor) en kan automatisch of
handmatig mediagegevens in de vorm van foto's
en videosequenties registreren. De bediening
vindt hoofdzakelijk plaats via de ACE 2.0-app.
Via een gedefinieerde logica in de hieronder
beschreven bedrijfsmodussen bewaakt de
ACE 2.0 uw auto.
U wordt via aanwijzingen en gesproken
instructies over de bedrijfstoestand van uw
ACE 2.0 geïnformeerd.
Niet elke geregistreerde gebeurtenis duidt
noodzakelijkerwijs op een voorval bij het
voertuig.
De montage en het gebruik van de
ACE 2.0 kan eventueel gevolgen hebben
voor het gebruik, de actieradius en de
grens aan het startvermogen van uw
auto.
79