4 Montage
Afmetingen
A: Buitendiameter van de vloeistofbuis
A: Buitendiameter van de gasbuis
B: Buitendiameter van de drainageleiding
4.3
Minimumafstand bij de installatie
≥1500
▶
Installeer en positioneer het product correct voor de pla-
fondinbouw en neem hierbij de op het plan opgegeven
minimumafstanden in acht.
190
1/4"
3/8"
>300
31 mm
▶
Installeer en positioneer het product correct voor de pla-
fondinbouw en neem hierbij de op het plan opgegeven
minimumafstanden in acht.
≥1500
>300
▶
Installeer en positioneer het product correct voor de in-
bouw op de bodem en neem hierbij de op het plan opge-
geven minimumafstanden in acht.
4.4
Kies de plaats voor de montage van de
buitenunit.
1.
De buitenunit moet op een minimale hoogte van 300
mm van de bodem worden gemonteerd zodat de afval-
waterafdichting aan de sokkel kan worden aangebracht.
2.
Als de unit op de bodem staand wordt gemonteerd,
controleer dan of de bodem het nodige draagvermogen
heeft.
3.
Als de unit aan een gevel wordt gemonteerd, controleer
dan of de wand alsook de dragers het vereiste draag-
vermogen hebben.
4.5
Product ophangen
1.
Controleer het draagvermogen van de muur.
2.
Neem het totale gewicht van het product in acht.
3.
Gebruik alleen voor de wand toegestaan bevestigings-
materiaal.
4.
Zorg evt. voor een ophanginrichting met voldoende
draagvermogen.
5.
Hang het product op, zoals beschreven.
Installatie- en onderhoudshandleiding climaVAIR plus/exclusive 0020250592_03
>300
>300
>1500
>300
>1000