DKG 416 (afb. IV)
Druk de vergrendeling in en open het magazijn
■
[4].
Plaats de bevestigingselementen in het maga-
■
zijn.
Magazijn sluiten en op correcte vergrendeling
■
letten.
Activeringsmodus kiezen, DCN 4590
(afb. V)
WAARSCHUWING !
Verwondingen of materiële schade
¾ De werkstuk-contacteenheid
of de trekker mogen nooit in
de activeringspositie vastgezet
worden.
Dit apparaat heeft een selecteerbare activerings-
modus, die op de modus Handmatige active-
ring (A) of Contactactivering (B) kan worden
ingesteld.
Modus A: Handmatige activering
Koppel het apparaat los van de persluchttoe-
■
voer.
Draaitap [6] in de activeringshendel [7]
■
indrukken.
Draaitap in de gewenste positie draaien.
■
Zorg ervoor dat de draaitap veilig vastklikt
■
zodat het apparaat correct werkt.
Sluit het apparaat op de persluchttoevoer aan.
■
Pak het apparaat stevig vast bij de handgreep.
■
Breng het apparaat in positie op het werkop-
■
pervlak en druk het tegen het werkstukcontact.
Bedien de activeringsknop.
■
Wacht vóór de volgende activering tot de
■
arbeidsslag geheel is uitgevoerd.
Modus B: Contactactivering
Met de contactactivering kunnen zeer snelle, zich
herhalende arbeidsslagen worden uitgevoerd.
Activeringsknop indrukken in ingedrukt houden.
■
Breng het apparaat in positie op het werkop-
■
pervlak en druk het tegen het werkstukcontact.
3 De arbeidsslag wordt automatisch uitgevoerd.
Wacht vóór de volgende activering tot de
■
arbeidsslag geheel is uitgevoerd.
Activeringsknop ingedrukt houden.
■
Breng het apparaat in positie op het werk-
■
oppervlak op een nieuwe positie en druk het
tegen het werkstukcontact.
3 De volgende arbeidsslag wordt uitgevoerd.
Luchtdruk instellen
De benodigde hoeveelheid lucht is afhankelijk van
de grootte van de bevestigingselementen en het
materiaal van het werkstuk.
Stel de perslucht in op ongeveer 6,5 bar en
■
schiet om te testen enkele bevestigingselementen
in een stuk materiaal dat gelijk is aan dat van het
werkstuk.
De perslucht zo regelen, dat de laagste instelling
■
is gevonden die tegelijkertijd gelijkblijvende
resultaten oplevert.
Een fijnafstelling geschiedt indien nodig via de
■
diepte-instelling op het apparaat.
Diepte-instelling DCN 4590 (afb. VI)
De binnendringdiepte van de bevestigingselementen
kan worden aangepast.
Koppel het apparaat los van de persluchttoevoer.
■
Diepte-instelling [2] naar links of rechts draaien,
■
om de binnendringdiepte te wijzigen.
Sluit het apparaat weer aan op de persluchttoe-
■
voer.
Plaats om te testen enkele bevestigingselementen
■
in een werkstuk van soortgelijk materiaal.
Herhaal de procedure, tot de gewenste binnen-
■
dringdiepte is bereikt.
Bevestigingselementen uit het appa-
raat verwijderen
VOORZICHTIG !
Verwondingen of materiële schade
¾ Bevestigingselementen alleen bij
losgekoppelde persluchttoevoer
verwijderen.
DCN 4590 (afb. III)
Druk de vergrendeling in en open het magazijn
■
[4].
Rol met bevestigingselementen uit het magazijn
■
verwijderen.
Magazijn sluiten en op correcte vergrendeling
■
letten.
DKG 416 (afb. IV)
Druk de vergrendeling in en open het magazijn
■
[4].
Verwijder de bevestigingselementen.
■
Magazijn sluiten en op correcte vergrendeling
■
letten.
83