Nederlands
1A Zet de ON/OFF-schakelaar van de zender op „ON". De Power-led op de zender knippert en de
zender piept eenmaal.
1B Zet de ON/OFF-schakelaar van het model op „ON". Beweeg de regelaar voor liftkracht (de
linkerknuppel op de zender) eenmaal helemaal naar boven en weer helemaal naar beneden
om de zender te ontgrendelen. Het duurt enkele seconden voordat de gyroscoop van het
model geïnitialiseerd is en er verbinding met de zender is gemaakt. Wanneer de leds van het
model continu branden, is het model klaar om op te stijgen.
Let op! Plaats het model beslist op een horizontaal oppervlak voor het opstijgen:
De besturingselektronica stelt de neutrale stand vast aan de hand van de ondergrond!
2A Starten: Druk op de bovenste knop (de startknop). De motoren gaan draaien en het model
stijgt op tot een hoogte van 0,5 à 1 m.
2B Landen: Druk op de onderste knop (landknop). Het model zakt naar de grond en de motoren
worden automatisch uitgeschakeld. Zorg ervoor dat het model op een horizontaal oppervlak landt.
Opmerking: Voor een rustig vlieggedrag van het model hoeven de regelaars maar minimaal te
worden bewogen! De richtingsindicaties hebben betrekking op de vliegrichting terwijl het model
van achteren wordt gezien. Als het model naar de piloot toe vliegt, moet in de betreffende tegen-
overgestelde richting worden gestuurd.
3A Beweeg de linkerknuppel voorzichtig naar voren om hoger te gaan vliegen.
Beweeg de linkerknuppel naar achteren om lager te gaan vliegen.
3B Beweeg de rechterregelaar voorzichtig naar voren om vooruit te vliegen.
Trek de rechterregelaar voorzichtig naar achteren om achteruit te vliegen.
3C Beweeg de rechterregelaar voorzichtig naar links om naar links te vliegen.
Beweeg de rechterregelaar voorzichtig naar rechts om naar rechts te vliegen.
3D Beweeg de linkerknuppel naar links om het model linksom te laten draaien.
Beweeg de linkerknuppel naar rechts om het model rechtsom te laten draaien.
3E Loopings maken: Rechterknuppel KORT loodrecht indrukken
Zorg dat u in elke richting voldoende ruimte hebt (ten minste 10 m). Houd bovendien een veilig-
heidshoogte van ten minste 2 m aan: het model verliest hoogte bij het maken van een looping en
moet daarna onder controle worden gebracht en gecorrigeerd. Let op: loopings lukken het best
wanneer de accu nog goed is opgeladen! Stijg nu op naar een veilige hoogte. Druk de rechter-
knuppel voorzichtig in. De zender piept. Beweeg de rechterknuppel nu naar voren. Het model
maakt een flip naar voren. Als de knuppel in een willekeurige andere richting worden bewogen,
maakt het model een flip in die richting. Wees er daarna op voorbereid om het model weer onder
controle te krijgen; de vlieghoogte, richting en snelheid zijn na de flip sterk afhankelijk van de
wind en voorgaande vliegbewegingen.
3F Snelheidsniveaus: Linkerknuppel KORT indrukken
Als de linkerknuppel wordt ingedrukt, wordt de gevoeligheid van de besturing achtereenvolgens
op één van de volgende niveaus ingesteld: licht, gemiddeld of zwaar.
ACCUTOESTAND:
• Als de ledlampjes van het model gaan knipperen, begint de accu leeg te raken. Laat het model
dan snel landen, zodat het niet neerstort!
Voor een goed vlieggedrag van het model moet de besturing juist zijn getrimd. Het afstellen van de
trim is eenvoudig, maar er is wel wat geduld en gevoel voor vereist.
1 STARTVOORBEREIDING
2 START- EN LANDFUNCTIE
3 BESTURING
4 TRIMMEN VAN DE BESTURING