NEDERLANDS
G.
Klik op de knop 'Security Settings' (Beveiligingsinstellingen) in het linkermenu van de
webconfiguratie.
De pagina "Security Settings" (Beveiligingsinstellingen) wordt op uw scherm weergegeven.
H.
Selecteer het encryptietype van uw bestaande draadloze netwerk in het afrolmenu 'Encryption'
(Encryptie).
Als uw bestaande draadloze netwerk is beveiligd met WPA:
- Selecteer het type WPA beveiliging in het gedeelte "WPA Unicast Cipher Suite".
- Selecteer het type beveiligingssleutel bij "Pre-shared Key Format" (Indeling vooraf gedeelde
sleutel).
- Geef de beveiligingssleutel (encryption key) in bij "Pre-shared Key" (Vooraf gedeelde sleutel).
Als uw bestaande draadloze netwerk is beveiligd met WEP:
- Geef de lengte van de beveiligingssleutel in bij "Key Length" (Lengte sleutel).
- Geef de indeling van de beveiligingssleutel in bij "Key Format" (Indeling sleutel).
- Geef de beveiligingssleutel in bij "Encryption Key" (Vooraf gedeelde sleutel).
I.
Klik op de knop 'Apply' (Toepassen) om de instellingen in gebruik te nemen.
12