SELECTIE VAN HET SENSORKANAAL
Druk op CHANNEL om af te wisselen tussen de sensoren 1 - 5.
Het huisicoon geeft de geselecteerde
afstandssensor aan.
Om automatisch over alle sensoren te scannen houdt u
CHANNEL 2 secondenlang ingedrukt. De gegevens van
elke sensor blijven 3 secondenlang op de display
aangegeven. Om het automatisch scannen te stoppen
drukt u terwijl het veld Temperatuur / vochtigheid is
geselecteerd op CHANNEL en MEMORY.
OPMERKING
Indien u een sensor selecteert die enkel
temperatuurgegevens verzameld wordt de vochtigheid niet
aangegeven.
MINIMUM / MAXIMUM GEGEVENS
Druk herhaaldelijk op MEMORY om
de huidige, maximum en minimum
metingen voor de geselecteerde
sensor te zien. Om de gegevens
te wissen houdt u MEMORY
2 secondenlang ingedrukt.
U hoort een pieptoon die bevestigt dat het geheugen werd
gewist.
TEMPERATUUR- EN VOCHTIGHEIDSTENDENS
De tendenslijnen worden naast de temperatuur- en
vochtigheidmetingen aangegeven.
Tendens
Stijgend
ICOON
DE COMFORTZONE
De comfortzone geeft aan hoe comfortabel het klimaat is.
Deze gegevens zijn gebaseerd op de huidige temperatuur-
en vochtigheidmetingen.
ZONE
TEMPERATUUR
(nat)
(droog)
Deze informatie wordt in het vochtigheidsveld aangegeven
wanneer de huidige meting op de display verschijnt.
15
Stabiel
Dalend
VOCHTIGHEID
Alle
>70%
20 – 25 °C
40 – 70%
Alle
<40%