LaserLiner AL 22 Classic Manual De Instrucciones página 17

Bepalen van een hoogte
3
1. De lat op het punt instellen welke bekend
is. Waarde A op de middenstreep aflezen
(A = 90 cm) afgelezen waarde op de hoogte
van het bekende punt aantekenen. Deze
waarde (doelkruishoogte) van de hoogte
van het af te tekenen punt aftrekken.
H + A - x = B
2. De lat op het af te tekenen punt zolang verschuiven, totdat op de
middenstreep de berekende verschilmeting B afgelezen wordt.
Aansluitend de hoogte van de onderkant van de lat aantekenen.
Afstandberekening
4
1. Latwaarde of de bovenste afstandstreep (0 = 1,44 m)
en op de onderste afstandstreep (U = 1,36 m) aflezen.
2. Het verschil met de factor 100 vermenigvuldigen
(E = 100 x e) brengt de afstand E = 8 m.
Om acceptabele resultaten te bereiken, moet u op het volgende
blijven letten:
!
– Mogelijk gelijke afstanddoelen
aanhouden
– Preciese vertikale afstelling van
de meetlat.
Hoekmeting
5
1. Loodijn aan het loodhaakje bevestigen en het statief met de horizontale
statiefkop zo opstellen dat het lood iets boven de grond blijft. Statiefvoeten
in de grond drukken.
2. Instrument op het statief plaatsen en bevestigen. Preciese centrering van
het lood boven het grondpunt door het veranderen van de statieflengte
of door het verschuiven van het instrumentt voorvereiden.
3. Verrekijker precies op het eerste doel met de snelafstelling en zijafstelling
uitrichten. Eerste doel = bekend punt. Stelring zolang draaien tot zich de
nulstreep van het horizontale skala en de afleesindex dekken (punt op 0
zetten).
4. Verrekijker precies op het tweede doel uitrichten en de hoekwaarde onder
de indexstreep aflezen.
AL 22 / 26 Classic
A
H=120 cm
– Inzakken vn statief en meetlat
vermijden.
– Afleesfouten vermijden.
B
x
O = 1,44 m
14
e
U=1,36 m
NL 17