Nederlands
1. De afstandsbediening bevindt zich in de modus afstemming. Ga
verder met de afstemming van het apparaat (raadpleeg de betreff ende
handleiding voor installatie en gebruik).
2. Wanneer het apparaat en de afstandsbediening zijn verbonden,
verschijnt het symbool
dat continu blijft branden. Het apparaat keert
automatisch terug naar de modus Vorstbeveiliging.
• Controle van de sterkte van het RF-signaal (alleen indien
afgestemd)
Op elk gewenst moment is het mogelijk om de RF-transmissie tussen het
apparaat en de afstandsbediening gecontroleerd worden.
Druk voor de weergave van het RF-ontvangstniveau vanuit de modus
vorstbeveiliging gedurende 5 seconden op
het display weergegeven.
0 = RF-transmissie van hoog niveau, de positie van de
afstandsbediening is
optimaal.
9 = RF-transmissie van laag niveau:
Om de prestaties van de RF-transmissie tussen de twee apparaten te
verbeteren en te verzekeren dat het beheer op afstand geoptimaliseerd
is:
- Controleer dat de RF-transmissie niet is onderbroken, verplaats de
afstandsbediening.
- Breng de afstandsbediening in de buurt van het apparaat.
• Annulering van de RF-afstemming
De RF-transmissie tussen het apparaat en de afstandsbediening kan op
elk gewenst moment worden onderbroken.
Druk vanuit de modus vorstbeveiliging gedurende 5 seconden gelijktijdig
op de toetsen
en
.
. Het niveau wordt op
Niveau van de afstands-
bediening
Niveau van het gekop-
pelde apparaat
- 108 -
Het symbool
verdwijnt van het display: de afstandsbediening en het
apparaat zijn niet langer afgestemd.
3. Werking
Controleer of het toetsenbord is ontgrendeld alvorens enige handeling
voor de instelling te verrichten.
3.1 Toegang / Modus Stand-by
Als het apparaat zich in de stand-bymodus bevindt, worden op het
display van de afstandsbediening twee streepjes weergegeven. Druk,
om de stand-bymodus af te sluiten, op de toets stand-by (verwijs naar de
handleiding van het apparaat).
3.2 Selectie van de bedrijfsmodus
Door middel van de toets
van het apparaat aan uw behoeften worden aangepast, afhankelijk van
het seizoen en van het feit of de woning wel of niet bewoond is. Selecteer
de gewenste bedrijfsmodus door een of meerdere keren te drukken op
de toets
.
Volgorde van de bedrijfsmodi:
→
Auto
Comfort
Algemene beschrijving van de bedrijfsmodi
• Modus
In de automatische modus gaat het apparaat automatisch van de
modus Comfort over naar de modus Eco, op basis van het ingestelde
programma.
2 Verschillende gevallen, afhankelijk van de instellingen:
1.
Weekprogramma en dagprogramma
Het apparaat is geprogrammeerd en voert de commando's van de modi
Comfort en Eco uit in overeenstemming met de geselecteerde instellingen
en tijdsintervallen (zie hoofdstuk "Geïntegreerd weekprogramma en
dagprogramma").
kan de programmering van de werking
→
→
Vorstbeveili-
Eco
ging
Cod. 1910000000274 - nv01