TFA 30.3014 Manual Del Usuario página 44

verwijderen en ze na minstens 10 sec. weer plaatsen. Ga, zodra de binnentemperatuur getoond wordt, verder
met stap 2.
2. Plaats binnen 3 minuten na activering van het Temperatuurstation de batterijen in de draadloze sensor. (zie
"Batterijen in de draadloze sensor plaatsen of vervangen").
3. Na plaatsing van de batterijen in de sensor zal het Temperatuurstation meetgegevens beginnen te ontvangen
van de sensor. De buitentemperatuur moet dan worden weergegeven op het Temperatuurstation. Als dit niet
binnen 15 minuten gebeurt, dient u de batterijen uit beide apparaten te verwijderen en weer met stap 1 te
beginnen.
4. Het Temperatuurstation kan gegevens van maximaal 3 draadloze sensors verwerken. Volg stap 2 voor elke extra
sensor als u extra temperatuursensors heeft gekocht. Wacht wel minstens 10 seconden tussen ontvangst van de
laatste draadloze sensor en het activeren van de volgende sensor. Het Temperatuurstation nummert de sensors
in volgorde van instelling; de meetwaarden van de eerst geactiveerde sensor zullen dus met het cijfer 1
genummerd worden, enzovoorts.
5. Zodra de temperatuurmeting van de sensor is ontvangen en wordt weergegeven op het Temperatuurstation,
wordt automatisch de DCF-77 tijdsignaalontvangst gestart. In het algemeen duurt dit onder goede
omstandigheden tussen de 3 en 5 minuten. In deze tijd heeft u een goede gelegenheid, de draadloze
temperatuursensor(s) buiten een goede plaats te geven. Voor een goede 433MHz ontvangst dient de afstand
tussen de sensor(s) en de uiteindelijke positie van het Temperatuurstation onder goede omstandigheden nooit
meer dan 25 meter te zijn (zie opmerkingen bij "Plaatsing" en "Controle van 433MHz ontvangst").
6. Als de DCF-tijd na 10 minuten nog niet ontvangen is, kunt u de SET-toets gebruiken om handmatig een eerste
tijdsinstelling te doen. De klok zal automatisch elk uur proberen de DCF-tijd te ontvangen. Als dit lukt zal de
ontvangen tijd de met de hand ingestelde tijd vervangen. Ook de datum wordt hierbij geactualiseerd. (Zie ook de
opmerkingen bij "Radiobestuurde tijd" en "Handmatige tijdsinstelling").
BATTERIJEN IN HET TEMPERATUURSTATION PLAATSEN OF VERVANGEN
Het Temperatuurstation gebruikt 2 x AA, IEC LR6, 1,5 V batterijen. Volg om de batt erijen te plaatsen of vervangen de
volgende stappen:
1. Plaats een vinger o.i.d. in de ruimte midden onder het batterijvakje en licht het
batterijdeksel op om dit te verwijderen.
2. Plaats de batterijen; let hierbij op de juiste polariteit (+ en -)
3. Plaats het deksel van het batterijvakje terug.
BATTERIJEN IN DE DRAADLOZE SENSOR PLAATSEN OF VERVANGEN
De zender voor de buitentemperatuur werkt op 2 batterijen van het type AAA, IEC LR3, 1.5V
Stappen:
1. Open met een schroevendraaier het deksel van de batterijhouder aan de voorkant van de
zender.
2. Leg de batterijen in de houder. Houd daarbij rekening met de polariteit (+/-), zie de markering
in de batterijhouder).
3. Breng het deksel van de batterijhouder weer aan.
Opmerking:
Als u in één van de eenheden de batterijen verwisselt, moet u alle eenheden resetten door de activeringsprocedure
opnieuw te volgen. Dit omdat de zender bij activering een veiligheidscode toekent, en deze code moet worden
ontvangen en opgeslagen door het Temperatuurstation in de eerste 3 minuten n a plaatsing van de batterijen in het
station.