4. EasyGlide ingieten (afb. 3). Slechts zover vullen, dat er
geen EasyGlide in het reservoir voor het
bedekkingsmateriaal druppelt.
4.2 Indicatielampen controlepaneel
Hierna volgt een beschrijving van de indicatielampen op het
controlepaneel.
Indicatielamp
voor de Druk
§
§
SER V IC E
Indicatielamp voor de Druk
De indicatielamp voor de druk geeft de huidige bedrijfsdruk van
de spuitinstallatie weer. Er zijn drie verschillende
aanduidingen: knipperend geel, geel vast en groen vast.
Knipperend geel
Wanneer de indicatielamp voor de druk geel knippert, is de
bedrijfsdruk van de spuitinstallatie tussen 0 en 1,4 MPa (14
bar). Dit betekent:
• De spuitinstallatie is aangesloten op het lichtnet en de
schakelaar staat op "AAN";
• De spuitinstallatie is ingesteld op de druk geschikt voor
doorspuiten (weinig of geen druk);
• Het is veilig om de PRIME/SPRAY (doorspuiten/spuiten)
selectiehendel in de andere stand te zetten;
• Het is veilig om de spuitmond te verwisselen of te
vervangen.
Indien de indicatielamp voor de druk geel be-
i
gint te knipperen wanneer de drukregelaar op
een hogere druk is ingesteld en de
PRIME/SPRAY (doorspuiten/spuiten) selec-
tiehendel in de stand SPRAY staat in-
geschakeld, is de spuitmond versleten of moet
de spuitinstallatie nagezien of gerepareerd
worden.
ProSpray 22
12 M Pa
23 M Pa
Indicatielamp
Motor Aan
NL
Geel vast
Wanneer de indicatielamp voor de druk geel vast is, is de
bedrijfsdruk van de spuitinstallatie tussen 1,4 MPa (14 bar) en
12 MPa (120 bar). Dit betekent:
• De spuitinstallatie staat ingesteld op de juiste druk om
beits, vernis, lak en meerdere kleuren te spuiten;
• Wanneer de indicatielamp voor de druk zo is ingesteld, dat
het met groen vast begint en vervolgens naar geel vast
verandert, doet zich een van de volgende situaties voor:
a. Indicatielamp Slijtage van de Spuitmond – wanneer u met
latex of met een hoge druk spuit en het lampje wordt geel
vast: de spuitmond is versleten en moet worden
vervangen.
b. Spuitmond te groot – wanneer een spuitmond die te
groot is voor de spuitinstallatie, in het pistool wordt gezet,
zal de indicatielamp voor de druk van groen vast naar
geel vast veranderen.
c. Slijtage Vloeistofreservoir – indien de indicatielamp geel
vast wordt wanneer een nieuwe spuitmond gebruikt wordt
en de druk op maximaal is ingesteld, kan het nodig zijn
een onderhoudsbeurt uit te voeren (versleten pakkingen,
versleten zuiger, verstopt ventiel, enz.).
Groen vast
Wanneer de indicatielamp voor de druk groen vast is, is de
bedrijfsdruk van de spuitinstallatie tussen 12 MPa (120 bar) en
23 MPa (230 bar). Dit betekent:
• De spuitinstallatie staat ingesteld op de juiste druk om
latex huisverven en huisverven op oliebasis te spuiten.
• De spuitinstallatie wordt op maximaal vermogen en bij
hoge druk gebruikt.
Indicatielamp Motor Aan
De indicatielamp Motor Aan is aan wanneer de motor is
ingeschakeld. Deze indicatielamp wordt door de
onderhoudsdienst gebruikt om problemen met de motor op te
lossen.
4.3 Drukregelknop-instellingen (afb. 5)
1. Minimale drukinstelling
2. Gele zone – van minimale druk tot 12 MPa (120 bar).
3. Groene zone – van 12 MPa (120 bar) tot 23 MPa
(230 bar).
4. Blanke zone – geen druk
5. Blauwe zone – pulserende druk voor reiniging
1
§
§
4
SER V IC E
5
Inbedrijfstelling
2
3
12 M Pa
23 M Pa
31