e) Als u met elektrisch gereedschap
in de open lucht werkt, maakt u en-
kel gebruik van verlengsnoeren, die
ook voor buiten geschikt zijn. Het
gebruik van een voor buiten geschikt
verlengsnoer doet het risico voor een
elektrische schok afnemen.
f)
Als de werking van het elektrische
gereedschap in een vochtige omge-
ving niet te vermijden is, maakt u
gebruik van een aardlekschakelaar
met een uitschakelstroom van 30
mA of minder. Het gebruik van een
aardlekschakelaar doet het risico voor
een elektrische schok afnemen.
3) VEILIGHEID VAN PERSONEN
a) Wees aandachtig, let erop wat u
doet en ga verstandig aan het werk
met elektrisch gereedschap. Ge-
bruik geen elektrisch gereedschap
als u moe bent of onder de invloed
van drugs, alcohol of medicijnen
staat. Een moment van onoplettend-
heid bij het gebruik van het elektrische
gereedschap kan tot ernstige verwon-
dingen leiden.
b) Draag persoonlijke bescherming-
suitrusting en altijd een bescherm-
bril. Het dragen van een persoonlijke
beschermingsuitrusting, zoals stof-
masker, slipvrije veiligheidsschoenen,
beschermende helm of gehoorbe-
scherming, al naargelang de aard
en de toepassing van het elektrische
gereedschap, doet het risico voor ver-
wondingen afnemen.
c) Vermijd een onopzettelijke inge-
bruikname. Vergewis u dat het
elektrische gereedschap uitges-
chakeld is voordat u het op de
stroomvoorziening en/of de accu
aansluit, het opneemt of draagt. Als
u bij het dragen van het elektrische
gereedschap uw vinger aan de scha-
kelaar hebt of het apparaat ingescha-
keld p de stroomvoorziening aansluit,
kan dit tot ongevallen leiden.
d) Verwijder instelgereedschap
of schroefsleutel voordat u het
elektrische gereedschap inscha-
kelt. Gereedschap of een sleutel, die
zich in een draaiend apparaatonder-
deel bevindt, kan tot verwondingen
leiden.
e) Vermijd een abnormale lichaams-
houding. Zorg voor een veilige
stand en houd te allen tijde uw
evenwicht. Daardoor kunt u het elek-
trische gereedschap in onverwachte
situaties beter controleren.
f)
Draag geschikte kledij. Draag geen
ruimzittende kleding of sieraden.
Houd haar, kledij en handschoenen
op een veilige afstand tot bewe-
gende onderdelen. Loszittende kle-
dij, sieraden of lang haar kan/kunnen
door bewegende onderdelen vastge-
grepen worden.
g) Als er stofafzuig- en –opvangin-
richtingen gemonteerd kunnen
worden, vergewist u zich dat
deze aangesloten zijn en correct
gebruikt worden. Gebruik van een
stofafzuiginrichting kan gevaren door
stof doen afnemen.
4) GEBRUIK EN BEHANDELING VAN
HET ELEKTRISCHE GEREED-
SCHAP
a) Overbelast het apparaat niet.
Gebruik voor uw werk het daarvoor
bestemde elektrische gereedschap.
Met het passende elektrische gereed-
schap werkt u beter en veiliger in het
aangegeven vermogensgebied.
NL
29