A
Overzicht van het toestel
Beschrijving van het toestel
Algemeen
1
Werkblad
2
Bovenste mand met rekjes
3
Bovenste sproeiarm
4
Onderste mand
5
Onderste sproeiarm
6
Filters
7
Typeplaatje
8
Bedieningspaneel
9
Vakje voor vaatwasmiddel en voor spoelmiddel
Bestekmand
10
Zoutvakje
11
Blokkeren van de geleider van de bovenste mand
12
Mini-droogapparaat actief:
13
Dit systeem zorgt voor een drogere vaat.
76
NL
B
Gebruik van het toestel
Installatie
Plaatsing van het toestel
• Zorg ervoor dat u de vaatwasmachine op een plaats zet waar hij gemakkelijk in- en uitgeladen
kan worden. Plaats de machine niet in een ruimte waar de temperatuur onder 0° C gaat.
• Lees alle waarschuwingen op de verpakking voor u het toestel uitpakt en installeert.
• Plaats het toestel dichtbij een kraan en een waterafvoer. Vergeet niet dat de aansluitingen
niet meer gewijzigd kunnen worden eens het toestel geïnstalleerd is.
• Til de machine niet op aan de deur of het bovenste paneel.
• Laat voldoende afstand rond het toestel zodat u het gemakkelijk kan schoonmaken.
WAARSCHUWING
Controleer of de aan- en afvoerleidingen niet dichtgeknepen
zijn of vast zitten en dat het toestel niet op de voedingskabel
geïnstalleerd wordt.
• Verstel de voetjes zodat de machine vlak en stabiel staat. Het toestel moet op een vlakke
vloer geplaatst worden. Anders is het instabiel en sluit de deur niet goed.
Aansluiting van de watertoevoer
Wij raden aan een filter op uw kraan te plaatsen om schade door verontreiniging (zand, roest,
enz.) aan de leidingen te vermijden. Dit vermijdt vergeling en neerslag na het wassen.
LET OP DE MARKERINGEN OP DE WATERTOEVOERSLANG!
Wanneer er op de slang 25°C staat aangegeven, mag de
temperatuur van het water maximaal 25°C (koud water) zijn.
Voor alle andere modellen:
bij voorkeur koud water; warm water van maximum 60° C.
77
NL