ACCESSOIRES:
ACCESSOIRE STAAFMIXER (FIG.1):
Dit hulpstuk dient voor het bereiden van sauzen,
•
soepen, mayonaise, shakes, babyvoeding...
Draai de staaf in de richting van de pijl om
•
de staaf op het motorlichaam te monteren
(Fig.1.1).
Giet de ingrediënten in de beker en zet het
•
apparaat aan.
Draai de staaf tegen de richting van de pijlen
•
in en ontkoppel de staaf om deze schoon te
maken.
HAKHULPSTUK (FIG.2):
Dit hulpstuk dient om plantaardige producten,
•
vlees, enz., fijn te hakken.
Verwijder botten, zenuwen, kraakbeen en
•
dergelijke om beschadiging te voorkomen.
Breng de messen aan en plaats het te bereiden
•
voedsel in de kan van de hakmolen. (Fig.2.1 /
2.2)
Plaats het deksel met de reductiegroep op
•
de kan van de hakmolen totdat hij goed zit.
(Fig.2.3)
Sluit de reductiegroep aan op het motorlichaam
•
door haar in de richting van de pijl te draaien en
zet het apparaat aan (Let op: zet het apparaat
niet aan als de delen niet correct gekoppeld
zijn). (Fig.2.4)
Stop het apparaat zodra het voedsel de
•
gewenste structuur heeft.
Het geheel van het deksel losmaken en de
•
reductiegroep uitnemen.
OPMERKING 1: vul de kan van de hakmolen tot
•
minder dan de helft bij vaste voedingsmiddelen.
OPMERKING 2: doe niet meer dan 300 ml in
•
de kan bij vloeibare voedingsmiddelen.
GARDE-ACCESSOIRE (FIG.3):
Deze accessoire dient om room te kloppen,
•
eiwitten te slaan...
Steek de garde in de tandwielhuis (Fig.3.1).
•
Sluit de reductiegroep aan op het motorlichaam
door in haar de richting van de pijl te draaien
(Fig.3.2).
Plaats het voedsel in een ruime kom en zet het
•
apparaat aan. Voor een optimaal resultaat is
het raadzaam de garde rechtsom in een cirkel
te bewegen.
Verwijder de klopper en maak de reductiegroep
•
los.
Opmerking 1: Gebruik dit accessoire nooit op
•
een hoge snelheid. De draadjes van de garde
kunnen daardoor beschadigd worden.
REINIGING
Trek de stekker uit het stopcontact en laat het
•
apparaat afkoelen alvorens het te reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige
•
doek met een paar druppels afwasmiddel en
droog het daarna goed af.
Gebruik geen oplosmiddelen of producten met
•
een zure of basische pH zoals bleekwater,
noch schuurmiddelen, om het apparaat schoon
te maken.
Dompel het apparaat niet onder in water of
•
een andere vloeistof en houd het niet onder de
kraan.
Wees extra voorzichtig met de messen tijdens
•
het schoonmaken, want deze zijn zeer scherp.
Het is raadzaam om het apparaat geregeld
•
schoon te maken en alle voedselresten te
verwijderen.
Indien het apparaat niet goed schoongehouden
•
wordt, kan het oppervlak beschadigd en de
levensduur van het apparaat verkort worden,
en kan er een gevaarlijke situatie ontstaan.
De volgende onderdelen mogen met warm
•
zeepwater schoongemaakt worden of in de
vaatwasser geplaatst worden (op een zacht
wasprogramma):
- Maatglas
- Kan van de hakmolen
Plaats de schoongemaakte delen zodanig in
•
de vaatwasser of het afdruiprek dat het water
makkelijk kan weglopen.
Droog alle onderdelen goed af alvorens het
•
apparaat opnieuw te monteren en op te bergen.
NL