Op de aansluitkabel moet de typeaanduiding vermeld
staan.
Wisselstroommotor:
• De netspanning moet 230 VAC zijn.
• Verlengsnoeren moeten tot een lengte van 25 m
een doorsnede hebben van 1,5 vierkante millimeter.
Aansluitingen en reparaties van de elektrische uitrus-
ting mogen uitsluitend door een elektromonteur wor-
den uitgevoerd.
Vermeld in geval van vragen de volgende gegevens:
• Stroomtype van de motor
• Gegevens van het typeplaatje van de machine
• Gegevens van het typeplaatje van de motor
10. Reiniging, onderhoud en opslag
m Let op!
Trek bij reinigings- en montagewerkzaamheden altijd
de stekker uit het stopcontact! Gevaar voor verwon-
ding door stroomstoten!
m Let op!
Wacht tot het apparaat volledig is afgekoeld! Gevaar
voor brandwonden!
m Let op!
Voorafgaand aan alle reinigings- en onderhoudswerk-
zaamheden moet het apparaat drukloos worden ge-
maakt! Gevaar voor letsel!
10.1 Reiniging
• Houd het apparaat zoveel mogelijk vrij van stof
en vuil. Wrijf het apparaat met een schone doek
schoon of blaas het met perslucht bij een lage druk
uit.
• Wij adviseren om het apparaat direct na elk gebruik
te reinigen.
• Reinig het apparaat regelmatig met een vochtige
doek en wat zachte zeep. Gebruik geen reinigings-
of oplosmiddelen. Hierdoor kunnen de kunststofon-
derdelen van het apparaat worden aangetast. Let
op dat er geen water in het apparaat terecht komt.
• Slang en spuitgereedschap moeten voor reiniging
van de compressor worden losgekoppeld. De com-
pressor mag niet met water, oplosmiddelen of soort-
gelijke worden gereinigd. worden gereinigd.
62 | NL
10.2 Onderhoud van het drukvat (afb. 1)
m Let op!
Om het drukvat (8) in goede staat te houden, moet
u na elk gebruik het condenswater aftappen door
de aftapplug (10) te openen.
Maak eerst de keteldruk drukloos (zie 10.7.1).
De aftapplug wordt geopend door hem linksom te
draaien (vanaf de onderzijde van de compressor ge-
zien), zodat het condenswater volledig uit het drukvat
kan wegstromen. Draai vervolgens de aftapplug weer
vast (rechtsom). Controleer vóór elk gebruik het druk-
vat op roestvorming en beschadigingen.
De compressor mag niet gebruikt worden als het druk-
vat beschadigd of roestig is. Neem contact op met de
klantendienst-werkplaats als u beschadigingen con-
stateert.
m Let op!
Het condenswater uit het drukvat bevat olieresten.
Ontdoet u zich van het condenswater op een milieu-
vriendelijke manier en deponeer het op een overeen-
komstige inzamelplaats.
10.3 Veiligheidsklep (afb. 1, 3)
De veiligheidsklep (17) is ingesteld op de maximaal
toegestane druk van het drukvat. Het is niet toegestaan
om de veiligheidsklep te verstellen of de verbindings-
beveiliging (17.2) tussen de aftapmoer (17.1) en de bij-
behorende kap (17.3) te verwijderen.
De veiligheidsklep moet elke 30 bedrijfsuren, ten min-
ste 3 keer per jaar worden bediend, zodat deze correct
functioneert als dit nodig mocht zijn. Draai de geperfo-
reerde aftapmoer (17.1) tegen de wijzers van de klok in
om te openen en trek dan de klepstang met de hand
naar buiten over de geperforeerde aftapmoer (17.1) om
de uitloop van het veiligheidsklep te openen. De klep
laat nu hoorbaar lucht uit. Aansluitend draait u de af-
tapmoer weer rechtsom vast.
10.4 Oliepeil regelmatig controleren (afb. 11)
Compressor op een vlakke, horizontale ondergrond
plaatsen.
Het oliepeil in het oliepeilglas (12) moet tussen MAX
en MIN staan.
Olieverversing: Aanbevolen olie: SAE 15W 40 of ge-
lijkwaardig.
De eerste vulling moet na 10 bedrijfsuren worden ver-
verst; daarna moet u na elke 50 bedrijfsuren de olie
aftappen en nieuwe olie bijvullen.
www.scheppach.com