Gaggenau CV492105 Instrucciones De Montaje página 44

Bij een plaatdikte van meer dan 23 mm de achter-
2.
kant van de frontplaat voor de bevestigingsplaat
uitfrezen.
Houd de afstanden tussen de bedieningsknoppen
3.
aan.
→ Fig.
28
Na de uitsnijwerkzaamheden de spaanders verwij-
4.
deren.
De snijvlakken hittebestendig en waterdicht afdich-
5.
ten.
Meubel voor circulatiefunctie met de adapter voor-
bereiden
Bij de combinatie met de adapter voor de uitspa-
1.
ring in de achterwand de overeenkomstige maten
aanhouden.
→ Fig.
29
In de achterwand de uitsparing aan de hand van
2.
de sjabloon maken.
Bij circulatiefunctie in de plint van het meubel een
3.
luchtuitlaat maken.
Zorg ervoor dat de luchtuitlaat een minimale
‒
doorsnede van ca. 400 cm² heeft.
Om de trek en het geluid zo laag mogelijk te
‒
houden, in de sokkelplaat de uitlaatopening zo
groot mogelijk maken.
De uitlaatopening door het inkorten van de plint
‒
of het gebruik van een geschikt ventilatierooster
of lamellenplint realiseren.
Om een juiste werking van het apparaat te garan-
4.
deren de kookplaat via een luchtuitlaat met een
minimum doorsnede van 200 cm² in de onderkast
gepast ventileren.
Na de uitsnijwerkzaamheden de spaanders verwij-
5.
deren.
De snijvlakken hittebestendig en waterdicht afdich-
6.
ten.
→ Fig.
27
Meubel voor circulatiefunctie met circulatiekanaal
voorbereiden
Indien nodig de achterwand van het meubel ver-
1.
wijderen.
Bij de combinatie met de vlakkanaalbocht
2.
AD 857 030 voor de uitsparing in de achterwand
de betreffende afmetingen in acht nemen.
→ Fig.
30
Bij circulatiefunctie in de plint van het meubel een
3.
luchtuitlaat maken.
Zorg ervoor dat de luchtuitlaat een minimale
‒
doorsnede van ca. 400 cm² heeft.
Om de trek en het geluid zo laag mogelijk te
‒
houden, in de sokkelplaat de uitlaatopening zo
groot mogelijk maken.
De uitlaatopening door het inkorten van de plint
‒
of het gebruik van een geschikt ventilatierooster
of lamellenplint realiseren.
Om een juiste werking van het apparaat te garan-
4.
deren de kookplaat via een luchtuitlaat met een
minimum doorsnede van 200 cm² in de onderkast
gepast ventileren.
Na de uitsnijwerkzaamheden de spaanders verwij-
5.
deren.
De snijvlakken hittebestendig en waterdicht afdich-
6.
ten.
→ Fig.
27
Meubel voor circulatiefunctie voorbereiden
Indien nodig de achterwand van het meubel ver-
1.
wijderen.
44
Bij de combinatie met een vlakkanaalbocht voor
2.
de uitsparing in de achterwand de betreffende af-
metingen in acht nemen.
→ Fig.
31
Na de uitsnijwerkzaamheden de spaanders verwij-
3.
deren.
De snijvlakken hittebestendig en waterdicht afdich-
4.
ten.
→ Fig.
27
Zelfklevende tape aanbrengen
De meegeleverde zelfklevende tape op de aanzet
▶
van het werkblad aanbrengen.
→ Fig.
32
Bedieningsknop inbouwen
Breek zo nodig, en afhankelijk van de afstand tus-
1.
sen de bedieningsknoppen, de bevestigingsplaat
bij de perforatie af.
→ Fig.
33
Houd de bevestigingsplaat aan de achterzijde van
2.
het paneel.
Borg bij de inbouw van de afzonderlijke bedie-
3.
ningsknoppen de bevestigingsplaat met 2 schroe-
ven tegen verdraaien.
Lijm bij werkbladen van steen de steunplaat
‒
vast met temperatuurbestendige tweecompo-
nentenlijm.
→ Fig.
34
Trek aan de achterzijden van de lichtring de be-
4.
schermfolie weg.
→ Fig.
35
Bouw de bedieningsknoppen in de juiste volgorde
5.
in.
→ Fig.
36
Steek de bedieningsknop in het gat.
6.
Positioneer de markering op de zijkant van de
‒
bedieningsknop altijd aan de linkerkant.
Zorg ervoor dat de borgnok op de bevestigings-
7.
paat zich aan de bovenkant bevindt en dat de be-
dieningsknop zich in de nulstand bevindt.
→ Fig.
37
Draai op de achterzijde van de bedieningsknop de
8.
bevestigingsmoer vast met het meegeleverde
montagegereedschap.
→ Fig.
38
Lijn de bedieningsknop exact in de nulstand uit.
9.
Verbind de bedieningsknop met de
verbindingskabels
Verbind alle bedieningsknoppen met de meegele-
1.
verde verbindingskabels.
→ Fig.
39
De beide bussen op de bedieningsknop zijn iden-
tiek.
Verifieer dat de stekkers in de bussen vastklikken.
2.
Verbind de middelste bedieningsknop met één
3.
van de langere verbindingskabels.
Controleer na de montage of alle stekkerverbin-
4.
dingen goed zitten.
Buig om alle verbindingskabels na de montage te
5.
fixeren, de lipjes op de bevestigingsplaten om.
→ Fig.
39
Apparaat inbouwen
WAARSCHUWING ‒ Kans op letsel!
Onderdelen die tijdens de montage toegankelijk zijn,
kunnen scherp zijn en tot snijletsels leiden.
Veiligheidshandschoenen dragen.
▶