[9] Instelpunten koelen en verwarmen
Deze lokale instelling is bedoeld om te voorkomen dat de gebruiker
een verkeerde temperatuur voor het uitlaatwater selecteert (nl. te
warm of te koud). Daartoe kunnen het instelbereik van de
verwarmingstemperatuur en het instelbereik van de koeltemperatuur
beschikbaar voor de gebruiker worden geconfigureerd.
Bij een toepassing met vloerverwarming is het
belangrijk om de maximale uitlaatwatertemperatuur
bij
het
verwarmen
specificaties van de vloerverwarmingsinstallatie.
Bij een toepassing met vloerkoeling is het belangrijk
om de minimale uitlaatwatertemperatuur bij het
koelen (lokale instelling van parameter [9-03]) te
beperken tot 16~18°C om condensatie op de vloer te
voorkomen.
[9-00] Bovenste limiet verwarmingsinstelpunt: maximale
uitlaatwatertemperatuur voor verwarmingswerking.
[9-01] Onderste limiet verwarmingsinstelpunt: minimale
uitlaatwatertemperatuur voor verwarmingswerking.
[9-02] Bovenste limiet koelinstelpunt: maximale uitlaatwater-
temperatuur voor koelwerking.
[9-03] Onderste limiet koelinstelpunt: minimale uitlaatwater-
temperatuur voor koelwerking.
[9-04]
Instelling
overregeling:
watertemperatuur boven het instelpunt mag stijgen voordat
de compressor stopt. Deze functie is alleen van toepassing
in de verwarmingsstand.
[A] Geluidsarme stand
Met deze lokale instelling wordt de gewenste geluidsarme stand
geselecteerd. Twee geluidsarme standen zijn mogelijk: geluidsarme
stand A en geluidsarme stand B.
In de geluidsarme stand A wordt voorrang gegeven aan het feit dat
de unit onder alle omstandigheden geluidsarm kan werken. De
snelheid van de ventilator en de compressor (en bijgevolg ook de
prestaties) worden beperkt tot een bepaald percentage van de
snelheid van normale werking. In sommige gevallen leidt dit tot
lagere prestaties.
In de geluidsarme stand B wordt de geluidsarme werking mogelijk
tijdelijk opgeheven wanneer hogere prestaties worden gevraagd. In
sommige gevallen kan dit leiden tot een minder geluidsarme werking
van de unit om de gevraagde prestaties te leveren.
[A-00] Type geluidsarme stand: bepaalt of geluidsarme stand
A (0) of geluidsarme stand B (2) is geselecteerd.
[A-01] Parameter 01: verander deze instelling niet. Laat ze op
de standaardwaarde staan.
Stel alleen de vermelde waarden in.
[C] Logica alarm-output van EKRP1HB
[C-01] Bepaalt de logica van de alarm-output op de EKRP1H
printplaat voor remote alarm-input/output.
Als [C-01]=0, wordt de alarm-output bekrachtigd wanneer zich
een alarm voordoet (standaard).
Als [C-01]=1, wordt de alarm-output niet bekrachtigd wanneer
zich een alarm voordoet. Met deze lokale instelling kan een
onderscheid worden gemaakt tussen de detectie van een alarm
en de detectie van een stroomonderbreking van de unit.
[C-01]
Alarm
0 (standaard)
Gesloten output
1
Open output
R(D/B)LQ011~016AA6V3+W1
Unit voor lucht-water-warmtepompsysteem
4PW53149-1
te
beperken
volgens
de
bepaalt
hoeveel
de
Geen voeding
Geen alarm
naar de unit
Open output
Open output
Gesloten output
Open output
[D] Voeding met kWh-voordeeltarief
[D-00] Bepaalt welke verwarmingen worden uitgeschakeld
wanneer het signaal van het kWh-voordeeltarief van de
elektriciteitsmaatschappij wordt ontvangen.
Als [D-01]=1 of 2 en het signaal van het kWh-voordeeltarief van
de elektriciteitsmaatschappij wordt ontvangen, worden de
volgende componenten uitgeschakeld:
[D-00]
Compressor
0 (standaard)
Geforceerd uit
1
Geforceerd uit
2
Geforceerd uit
3
Geforceerd uit
LET OP
Instelling 1, 2 en 3 van [D-00] zijn alleen van
belang als de voeding met kWh-voordeeltarief van
het type zonder onderbreking van de voeding is,
[D-01] Bepaalt of de buitenunit op een voeding met kWh-
voordeeltarief is aangesloten.
Als [D-01]=0, is de unit aangesloten op een normale voeding
(standaardwaarde).
Als [D-01]=1 of 2, is de unit aangesloten op een voeding met
kWh-voordeeltarief. In dit geval is een specifieke installatie van
de bedrading vereist zoals beschreven in "Aansluiting op een
voeding met kWh-voordeeltarief" op pagina 18.
Wanneer parameter [D-01]=1 op het moment dat het signaal
voor kWh-voordeeltarief door de elektriciteitsmaatschappij wordt
gestuurd, gaat dat contact open en wordt de unit in de stand
gedwongen uit geschakeld
Wanneer parameter [D-01]=2 op het moment dat het signaal
voor kWh-voordeeltarief door de elektriciteitsmaatschappij wordt
gestuurd, sluit dat contact en wordt de unit in de stand
(2)
gedwongen uit geschakeld
[E] Uitlezing informatie over de unit
[E-00] Uitlezing van de softwareversie (voorbeeld: 23)
[E-01] Uitlezing van de EEPROM-versie (voorbeeld: 23)
[E-02] Uitlezing van de identificatie van het model van de unit
(voorbeeld: 11)
[E-03] Uitlezing van de vloeibare koelmiddeltemperatuur
[E-04] Uitlezing van de inlaatwatertemperatuur
LET OP
De uitlezingen [E-03] en [E-04] worden niet
permanent
geactualiseerd.
uitlezingen worden pas geactualiseerd nadat weer
naar de eerste codes van de lokale instellingen
wordt teruggekeerd.
(1) Wanneer het signaal opnieuw stopt, sluit het spanningsvrij contact en
begint de unit weer te werken. Daarom is het belangrijk dat de automa-
tische herstartfunctie ingeschakeld blijft. Zie "[3] Automatische herstart"
op pagina 24.
(2) Wanneer het signaal opnieuw stopt, gaat het spanningsvrij contact open
en begint de unit weer te werken. Daarom is het belangrijk dat de automa-
tische herstartfunctie ingeschakeld blijft. Zie "[3] Automatische herstart"
op pagina 24.
Backup-
Booster-
verwarming
verwarming
Geforceerd uit
Geforceerd uit
Geforceerd uit
Toegelaten
Toegelaten
Geforceerd uit
Toegelaten
Toegelaten
(1)
.
.
De
temperatuur-
Montagehandleiding
28