Publicidad
Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
OPMERKING
154
6. Uitvoeren van de zoneregistratie
Om de juiste bediening van het centraal bedieningstoestel te verzekeren, is
zoneregistratie vereist na het voltooien van de werkingstest (en na het instellen
van de adressen van alle binnenunits). Gebruik hiervoor een van de volgende
methoden.
Gemeenschappelijke procedures voor alle units
1. Verbind de aansluitpunten U1/U2 met de relaisconnectors van de
aansluitpunten U3/U4 binnenin de buitenunit (centrale unit).
2. Laat de SW30-2 schakelaar op het interfacebord van de buitenunit (centrale
unit) op ON staan voor slechts één systeem en zet alle andere schakelaars op
OFF. (Voor meer informatie over de instelling van SW-30, raadpleeg het
bedradingsschema van de buitenunit.)
(a) Zoneregistratie met de afstandsbediening (RBC-AMT21E)
Zie pagina 156
(b) Zoneregistratie met het centraal bedieningstoestel (TCB-SC642TLE)
Zie pagina 157
(c) Automatische zoneregistratie met het centraal bedieningstoestel (TCB-
SC642TLE)
Zie pagina 158
Voor de methoden (a) en (b) dient u handmatig een zoneregistratietabel op te
maken (zie pagina 155) alvorens te registreren.
Bij gebruik van de methode (c) wordt de zoneregistratie automatisch uitgevoerd in
oplopende numerieke volgorde, beginnend vanaf de kleinste binnenunit-
adresnummers en de kleinste centrale adresnummers. Bij voorbeeld:
Voor de methoden (b) en (c)
Deze methoden worden niet ondersteund door de RAV-modellen.
Voor RAV-modellen dient u de zoneregistratie beschreven in (a) uit te voeren.
Wacht na het inschakelen van de stroom tenminste 10 minuten alvorens te
beginnen met het instellen van de adressen.
Het kan 10 minuten duren (hoewel het normaal maar 3 minuten duurt) om de
verbinding tussen de binnen- en buitenunits tot stand te brengen. Als u de
adressen instelt voordat deze verbinding tot stand is gebracht, zal het centraal
adres mogelijk niet worden ingesteld in sommige binnenunits.
Centraal adres
ZONE-groep
Binnenunit-adres
1. Tijdens de automatische adressering wordt een binnenunit-adres
automatisch toegewezen aan elke binnenunit. Elk binnenunit-adres is een
combinatie van een R.C. adres en een binnenunit-nummer, als volgt:
Dit adres wordt getoond als het UNIT Nr. op het display van de
afstandsbediening wanneer de UNIT toets wordt ingedrukt.
2. Het centraal adres bestaat uit het zonenummer en het groepnummer. Deze
adressen worden toegewezen in oplopende numerieke volgorde.
3. Voor bijzonderheden over het instellen van de adressen wanneer de TCC-
LINK adapter voor centrale bediening is aangesloten, raadpleeg deze
handleiding en ook de installatiehandleiding van de TCC-LINK adapter.
1
2
3
1-1
1-2
1-3
1-4
1-1
1-2
2-1
2-2
1
1
: Binnenunit-adres (UNIT Nr.)
Binnenunit-nummer
Koelmiddelleiding Nr. (R.C. adres)
4
5
6
1-5
1-6
2-3
3-1
OI-607-14NE
Publicidad
