3. Zorg voor voldoende circulatie rond
het apparaat om oververhitting te
voorkomen. Volg de installatie-
instructies om voor voldoende
ventilatie te zorgen.
4. Waar mogelijk moeten de
afstandhouders van het product
tegen een muur worden geplaatst
om te voorkomen dat hete
onderdelen (compressor,
condensor) worden gericht of
gegrepen om elk risico op
brandwonden te voorkomen.
5. Het apparaat mag niet in de buurt
van radiatoren of kachels worden
geplaatst.
6. Zorg ervoor dat de netstekker
bereikbaar is na installatie van het
apparaat.
NL-4