7. ONDERHOUD EN REPARATIES
Onder normale omstandigheden kan een geschikte warmtepomp het water in een
zwembad met 1°C tot 2°C per uur verwarmen. Het is dus heel normaal dat u geen
temperatuurverschil in het systeem voelt wanneer de warmtepomp werkt.
Een verwarmd zwembad moet afgedekt en geïsoleerd worden om warmteverlies
te voorkomen.
7.3
Storingen en defecten
In geval van een probleem verschijnt op het scherm van de warmtepomp een foutcode in plaats
van temperatuuraanduidingen. Raadpleeg de tabel hieronder om de mogelijke oorzaken van een
storing te vinden en de te nemen acties.
Code
Anomalie gedetecteerd
E01
Storing ontladingstemperatuur
E05
Storing verdampertemperatuur
E09
Storing in inlaattemperatuur van compressor
E19
Storing watertemperatuur bij inlaat wisselaar
E21
Storing in de communicatie met de controller
E22
Kamertemperatuurstoring
E25
Waterstromingsschakelaar defect
Communicatie mislukt tussen PCB en
E27
compressordriver
E28
EEPROM-communicatie mislukt
S06
Laagspanningsbeveiliging
Bescherming tegen te hoge
S11
ontladingstemperatuur
S25
Omgevingstemperatuur te laag bescherming
S27
Verdamper temperatuur te hoog
30 |
NL
Resolutie
Controleer de waterstroom
Controleer de temperatuurvoeler
Controleer de temperatuurvoeler
Controleer de temperatuurvoeler
1. Controleer de kabelaansluiting
2. De controller vervangen
3. De hoofdprintplaat vervangen
Controleer de temperatuurvoeler
Controleer de waterstroom
1. Controleer de kabelaansluiting
2. Printplaat buiten vervangen
3. De compressoraandrijving vervangen
1. Controleer de kabelaansluiting
2. EEPROM vervangen
3. De controller vervangen
1. Controleer de ventilatormotor
2. Controleer de waterstroom
3. Controleer of de EEV open is
1. Controleer de temperatuurvoeler
2. Controleer of de ventilatormotor goed werkt
tijdens het koelen
3. Controleer de smoorklep
1. Controleer of er weerstand is rond de warmte-
pomp
2. Controleer de waterstroom when cooling
1. Controleer de ventilatormotor
2. Controleer op barrières rond de verdamper