Waarschuwing: Loop nooit vóór een boom die gekerfd is. Maak de velsnede
(D) vanaf de andere kant van de boom en 1,5-2 inch (3-5 cm) boven de
onderkant van de kerf (C) (Fig. 11B)
Zaag nooit volledig door de stam. Laat altijd een scharnier. De scharnier leidt de boom. Als de
boom volledig wordt doorgezaagd is er geen controle over de valrichting meer.
Drijf een spie of een hefboom in de snede vóór de boom instabiel wordt en begint te bewegen.
Dit voorkomt dat het zwaard geblokkeerd raakt in de velsnede als u de valrichting verkeerd
hebt ingeschat. Let erop dat er geen omstaanders in de omgeving zijn gekomen van de
vallende boom vóór u hem omver duwt.
Waarschuwing: Controleer vóór het maken van de laatste snede altijd nog
eens de omgeving op omstaanders, dieren of obstakels.
Velsnede:
▪
Gebruik houten of plastic spieën (A) om te vermijden dat het zwaard of de ketting (B) in de
snede vast komt te zitten. Spieën controleren mee de valrichting (Fig. 11c).
▪
Wanneer de diameter van het te zagen hout groter is dan de zwaardlengte maak dan 2
sneden zoals getoond (Fig. 11d).
Waarschuwing: als de velsnede dicht bij het scharnierpunt komt zou de
boom moeten beginnen vallen. Als de boom begint te vallen verwijder dan
de zaag uit de snede, zet de motor uit, zet de kettingzaag neer en verlaat het
gebied langs het vluchtpad (Fig. 11a).
10.8.2
Onttakken
Het onttakken van een boom is het verwijderen van de takken van een omgevallen boom.
Verwijder de ondersteunende takken niet totdat de stam in stukken verzaagd is (Fig. 12).
Takken onder spanning moeten van onder naar boven worden afgezaagd om te vermijden dat
de zaag klem komt te zitten.
WAARSCHUWING: Zaag nooit boomtakken af als u op een boomstam staat.
10.8.3
Afkorten
Afkorten is het verzagen van een gevallen stam in lengtes. Zorg dat u een stabiele voetpositie
hebt en dat u opwaarts de helling staat bij het verzagen op een hellend vlak. Indien mogelijk
zou de stam moeten ondersteund worden zodat het stuk dat wordt afgezaagd niet op de grond
rust. Als de stam aan beide kanten ondersteund wordt moet u in het midden zagen; maak een
neerwaartse zaagsnede tot halfweg de stam en maak dan een snede langs de onderkant. Dit
voorkomt dat de boomstam het zwaard en de ketting vastklemt. Let erop dat de ketting niet in
de grond zaagt tijdens het afkorten omdat dit de ketting snel stomp maakt. Sta altijd
bergopwaarts bij het afkorten op een hellend vlak.
▪
Stam ondersteund over de volledige lengte: zaag vanaf de bovenkant; zorg ervoor dat u
niet in de grond zaagt (Fig. 13a).
▪
Stam aan 1 kant ondersteund: snij eerst vanaf de onderkant tot 1/3 van de diameter om
splintering te voorkomen. Maak dan vanaf de bovenkant een snede die uitkomt in de
eerste om versplinteren en vastklemmen te vermijden (Fig. 13b).
▪
Stam aan beide kanten ondersteund: zaag eerst langs de bovenkant tot 1/3 van de
diameter om versplintering te voorkomen en zaag dan langs de onderkant naar de eerste
snede om vastklemmen te voorkomen (Fig. 13c).
Copyright © 2023 VARO
POWXG10231
P a g i n a
| 16
NL
www.varo.com