water en lichte wasloog geschikt. Er mogen geen
brandbare, gassende, explosieve en agressieve
vloeistoff en (b.v. benzine, zuren, logen, siloleksap
enz.) en ook geen vloeistoff en met abrasieve stof-
fen (b.v. zand) worden opgevoerd.
De machine mag slechts voor werkzaamheden
worden gebruikt waarvoor ze bedoeld is. Elk
ander verder gaand gebruik is niet reglementair.
Voor daaruit voortvloeiende schade of verwon-
dingen van welke aard dan ook is de gebruiker/
bediener, niet de fabrikant, aansprakelijk.
Wij wijzen erop dat onze gereedschappen overe-
enkomstig hun bestemming niet geconstrueerd
zijn voor commercieel, ambachtelijk of industrieel
gebruik. Wij geven geen garantie indien het ge-
reedschap in ambachtelijke of industriële bedrij-
ven alsmede bij gelijk te stellen activiteiten wordt
gebruikt.
4. Technische gegevens
Motortype: .................viertaktmotor; luchtgekoeld
Motorvermogen max.: ..... 1,75 kW / 2,4 pk (3600)
Cilinderinhoud: ..........................................80 ccm
Brandstof: ...................................... benzine (E10)
Capaciteit van de tank: ...................................1,3 l
Hoeveelheid olie: .......................................350 ml
Bougie:............................................ Torch A5RTC
Capaciteit max. ....................................14.000 l/h
Zuighoogte max.: ........................................... 7 m
Opvoerhoogte max.: .................................... 28 m
Druk max.:................................................. 2,8 bar
Gewicht (lege tank): ..................................12,6 kg
Zuig-/drukaansluiting: ........... 1,5" slangkoppeling
Geluidsvermogen L
: ............................... 102 dB
WA
Geluidsdrukniveau L
pA
5. Vóór inbedrijfstelling
Principieel raden wij aan gebruik te maken vaan
een voorfi lter en een zuigset met zuigslang,
zuigkorf en terugslagklep teneinde lange heraan-
zuigtijden en een onnodige beschadiging van de
pomp door stenen en harde vreemde voorwerpen
te voorkomen.
Anl_GC_PW_16_SPK9.indb 64
Anl_GC_PW_16_SPK9.indb 64
: ................................ 87 dB
NL
5.1 Voorbereiden van het toestel
•
Motorolie in de motor gieten (zie ook punt
7.2.1 Olie verversen).
•
Tank met benzine vullen.
•
Toestel op een effen en vaste ondergrond
opstellen.
5.2 Aansluiting en plaatsen van zuig- en dru-
kleiding
•
Sluit de zuigleiding aan op de zuigaansluiting
(fig. 1, pos. 5) en de drukleiding op de dru-
kaansluiting (fig. 1, pos. 4).
•
De zuigleiding vanaf het wateronttrekkings-
punt tot naar de pomp stijgend plaatsen.
Vermijd zeker het plaatsen van de zuigleiding
boven de pomphoogte. Luchtbellen in de
zuigleiding vertragen en voorkomen het aan-
zuigen.
•
Zuig- en drukleiding zodanig aanbrengen dat
die geen mechanische druk uitoefenen op de
pomp.
•
De zuigklep moet diep genoeg in het water
liggen zodat het drooglopen van de pomp
door daling van het waterpeil wordt verme-
den.
•
Een lekke zuigleiding verhindert door lucht
aanzuigen het aanzuigen van het water.
•
Vermijd het aanzuigen van vreemde voorwer-
pen (zand enz.); indien nodig een voorfilter
aanbrengen.
6. Bediening
Voor het starten van de motor moet de pomp via
het vulgat (fi g. 1, pos. 3) met opvoervloeistof wor-
den opgevuld.
Aanwijzing: Het is aan te raden in de zuigleiding
een terugslagklep te monteren en die voor de
eerste ingebruikneming bovendien met water te
vullen.
6.1 Starten van de motor:
1. Aan-/uitschakelaar (fi g. 4, pos 10) naar de
stand "ON" brengen.
2. Bij koude start de chokehendel (fi g. 5, pos.
13) naar de stand „choke" brengen.
3. Gashendel (fi g. 6a, pos. 16) naar de tussen-
stand brengen.
4. De starttrekkabel (fi g. 6b, pos. 9) fl ink doorha-
len tot de motor aanslaat.
5. Na ongeveer 30 sec. looptijd de chokehendel
naar de stand „Run" brengen.
Als de motor warm is, de chokehendel bij het
- 64 -
27.03.2024 10:46:47
27.03.2024 10:46:47