Het zuiverheidsbewakingslampje wisselt
regelmatig van kleur.
• Het zuiverheidsbewakingslampje wisselt
automatisch van kleur als de stofgevoelige
sensor en geursensor onzuiverheden detecteren.
Als deze wisseling u zorgen baart, kunt u de
sensorgevoeligheid aanpassen. (Pagina 14,
15)
Het filteronderhoudslampje is aan.
• Nadat u onderhoud hebt uitgevoerd of de
luchtbevochtigingsfilter hebt vervangen, steekt
u de stekker in een stopcontact en houdt u
vervolgens de filterresetknop gedurende meer
dan 3 seconden ingedrukt.
(Pagina 19)
Het display gaat uit.
• Als de besturing van de lampjes ingesteld is op
"Auto", dan gaat het lampje automatisch uit als
het donker is in de ruimte of wanneer het product
in de slaapmodus werkt. Als de besturing van de
lampjes is ingesteld op "UIT", dan is het lampje
altijd uit.
Als u niet wilt dat het lampje uitgeschakeld wordt,
stel de besturing van de lampjes dan in op de
instelling "Dim". (Pagina 14, 15)
De informatie op het display van de
hoofdunit komt niet overeen met het
weerbericht of een hygrometer of
thermometer in de kamer.
• De omgeving buiten, binnen en ook van het huis
(de hoeveelheid verkeer in de buurt, het aantal
etages van een woning, etc.) kan een andere
uitlezing veroorzaken dan deze gegevens.
• Er is een verschil in het luchtvochtigheidsniveau
binnen dezelfde ruimte.
Het indicatielampje van de bevochtiging
op het display gaat niet aan als het
waterreservoir leeg is.
• Het juiste luchtvochtigheidsniveau voor de ruimte
is bereikt en de luchtbevochtiging is gestopt.
• Controleer de vlotter van de luchtbevochtiger op
vuil. Reinig de luchtbevochtigingsbak. Zorg ervoor
dat het product op een vlakke ondergrond staat.
Het waterniveau in het waterreservoir
daalt niet of heel langzaam.
• Controleer of de luchtbevochtigingsbak en het
waterreservoir goed zijn geïnstalleerd.
• Controleer het luchtbevochtigingsfilter. Als het
filter extreem vuil is, reinig of vervang het dan.
"
" wordt weergegeven.
• Zorg ervoor dat de luchtbevochtigingsfilter, de
luchtbevochtigingsbak en de roller op de juiste
manier geïnstalleerd zijn en zet het apparaat
vervolgens opnieuw AAN.
"
" wordt weergegeven.
• Zorg ervoor dat de Plasmaclusteriongenerator
juist is geïnstalleerd.
Trek de Plasmaclusteriongenerator eruit. Plaats
deze vervolgens tot het einde terug en voer dan
de handeling opnieuw uit.
Eén van de volgende mogelijkheden wordt
weergegeven.
• Trek de stekker uit het stopcontact, wacht
ongeveer een minuut en steek de stekker weer in
het stopcontact.
OVER DE WIFI-FUNCTIE
De wifi-verbinding tussen de luchtreiniger
en de router kan niet tot stand gebracht
worden.
• Controleer de specificaties van de gebruikte
router.
• Draai de de router en de antenne in een andere
richting, zet de router en de antenne dichterbij,
enzovoort. Schakel daarna de router opnieuw in
en voer de INITIËLE INSTELLING opnieuw uit.
De verbinding tussen de luchtreiniger en
uw slimme apparaat kan niet tot stand
gebracht worden.
• Zijn de luchtreiniger en uw slimme apparaat
verbonden met dezelfde router?
Verbind de luchtreiniger en uw slimme
apparaat met dezelfde router.
Als u nog steeds geen verbinding tot stand
kunt brengen, probeer uw slimme apparaat
dan te verbindinen met de 2,4GHz-band van
de router.
• Is het totale aantal slimme apparaten dat in
gebruik is hoger dan het maximale aantal voor
registratie op één luchtreiniger?
Er kunnen maximaal 10 slimme apparaten op
één luchtreiniger geregistreerd worden.
• Is het totale aantal producten (airconditioners,
luchtreinigers, enz.) dat met één slim apparaat
moet worden geregistreerd hoger dan het
aangeduide maximale aantal?
Er kunnen maximaal 30 producten op één slim
apparaat geregistreerd worden.
NL-25