Greepbus monteren
–
Greepbus (4) met kabel vanuit de bedieningskant door de
afdekking (11) schuiven en de greepbus vastklikken.
Aanpassingsset 1 (zonder ventilator) – monteren
–
Kabel van de greepbus (4) op sensorplaat (2) aansluiten.
–
Iedere ongebruikte opening met afsluitdeksel (12) sluiten.
–
Kabel in de klembeugel van de afdekking schuiven.
Aansluiting 12 V
Voor de werking van de verlichting is een 12 V-spanningstoe-
voer noodzakelijk (factor van de wisselspanning < 1,2 Vss).
–
Van de 12 V-kabel (7) de zekeringhouder uittrekken.
–
12 V-kabel door de uitsparing in de drager (10) schuiven en
via de montagekast leggen.
–
Zekeringhouder weer op de kabel aansluiten.
–
Zekeringhouder met bijbehorende schroeven (8) op de ge-
schikte plaats (min. 10 cm afstand tot de inbouwkast) in de
inbouwruimte bevestigen.
32
11
4
2
11
4
2
–
Kabel aan de sensorplaats (2) op een willekeurige plaats
aansluiten.
–
Kabel niet aan de verwarming (warme oppervlakken)
bevestigen.
–
De kabel (7) op het boordnet aansluiten.
7
Aanpassingsset 2 (een ventilator) – monteren
–
Kabel van de greepbus (4) op sensorplaat (2) aansluiten.
–
Het geïntegreerde regelpaneel (5) vanuit de bedieningskant
door de afdekking (11) schuiven en vastklikken.
–
Kabel (6) op het regelpaneel (5) en de sensorplaat (2)
aansluiten.
–
Iedere ongebruikte opening met afsluitdeksel (12) sluiten.
–
Kabel in de klembeugel van de afdekking schuiven.
–
Kabel (14 – ventilator) aansluiten.
2
10
11
4