1.
Maak de test-meetelementen los van de multimeter.
2.
Zet de draaiknop op
3.
Breng de geleider onder spanning van het scherm in de buurt (de stand
van de multimeter kan van invloed zijn op de meting).
Indien er geen enkele wisselspanning gedetecteerd wordt, geeft het apparaat "EF"
weer en wordt er geen geluid uitgezonden.
Als er een wisselspanning gedetecteerd wordt, geeft het apparaat dit aan d.m.v. 4
verschillende signalen:
van - tot ----. Het signaal "-", het geluidssignaal klinkt niet doorlopend. Bij het
signaal "----" klinkt het doorlopend en knippert de achtergrondverlichting rood. Deze
detectie van de spanning werkt alleen voor de stroomwaarde 220/230V (50Hz).
De NCV modus heeft geen indicatief bereik en mag niet gebruikt worden voor
het meten of detecteren van de afwezigheid van spanning.
Een op de mantel gegraveerde markering geeft de plaats aan van de antenne
voor de NCV aanduiding.
3.11.
VlowZ
De stand VlowZ meet de wisselspanning met een
lagere impedantie (500kΩ) dan voor een normale
meting. Deze functie dient om te het meten van
fantoomspanningen te voorkomen.
3.12.
Andere metingen
∆REL (relatieve modus)
Meting van het relatieve verschil. De relatieve
modus is beschikbaar voor de functies VLowZ, V,
mV, Ω, C, A, mA en µA.
139