Reiniging en verzorging
a
44
2
1
b
a
45
b
Filtereenheid met stofreservoir inbrengen
44
Afb.
a) Het stofreservoir op de filtereenheid plaatsen, met de
klok meedraaien en vergrendelen.
De filtereenheid met stofreservoir kan alleen worden
ingebracht met de handgreep omhoog.
b) Plaats de filtereenheid met stofreservoir volledig in
de robotstofzuiger.
Klap de handgreep van de filtereenheid omlaag en
vergrendel hem in de robotstofzuiger.
Aanwijzing
Als er geen filtereenheid in de robot is geplaatst en ver-
grendeld, dan is de foutmelding "Stofreservoir inbren-
gen" verlicht en kan hij niet worden gestart.
!
Let op
De filtereenheid mag alleen samen met het stofreser-
voir in de robotstofzuiger worden geplaatst.
Filteronderhoud
Lamellenfilter reinigen
45
Afb.
De werking van de filter blijft ongeacht een mogelijke
verkleuring van het filteroppervlak behouden.
Filtereenheid met stofreservoir uit de robotstofzuiger
41
nemen. Afb.
Stofreservoir van de filtereenheid afnemen. Afb.
Pluiszeef van de filtereenheid trekken. Afb.
a) In de regel volstaat het om de lamellenfilter even uit
te schudden of te kloppen, zodat mogelijke stofdeelt-
jes losraken.
b) Is dit niet afdoende, zuig de lamellenfilter dan voor-
zichtig met een stofzuiger en op een lage vermogens-
stand schoon.
nl
42
43
277