Maaimechanisme - Inspectie En Uitbalanceren; Maaimechanisme - Controleren En De Riem Afstellen - EMAK Oleo-Mac OM 92 Manual De Uso

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 231
- Wanneer de mensen op een vast obstakel stuiten, stop de motor dan onmiddellijk
en controleer de messen! De splitpennen kunnen beschadigd of gebroken zijn.
- Draag altijd zware werkhandschoenen wanneer u met de maaimessen werkt.

6.3.7 MAAIMECHANISME - INSPECTIE EN UITBALANCEREN

U bereikt de beste maairesultaten wanneer het maaimechanisme is ingesteld op de juiste
maaihoogte en de beide zijden van het mechanisme waterpas zijn. Daarom moet u regelmatig
de afstanden A, B en C controleren.
Afstand A is de voorste rand van het maaimechanisme in de rijrichting en deze moet 23 - 25
mm boven de grond zijn.
Afstand B is de achterste rand van het maaimechanisme in de rijrichting en moet 28 - 32
mm boven de grond zijn, dat wil zeggen, de achterste rand moet 5-8 mm hoger zijn dan de
voorste rand.
Distance C geeft de instelling van het maaimechanisme weer in zijwaartse richting en de
afstand tussen de linker- en de rechterzijde mag niet meer dan 5 mm zijn.
Plaats, voordat u met de afstelwerkzaamheden begint, de machine op een zo vlak mogelijke
ondergrond, pomp alle banden op tot de aanbevolen spanning (80 -140 kPa, ± 10 kPa
tussen de individuele banden) en zet de machine vast zodat verplaatsing onmogelijk is
(bijv., met een geschikte wig, enz.).
Maak de veiligheidspennen aan de rechterzijde van de kap van het maaimechanisme los
door een schroevendraaier in de groef van de pen te steken en de pen naar links te draaien.
Neem de kap van de machine.
Schroef twee moeren en de ring van het spanmechanisme van de aandrijfriem op
het maaimechanisme. Hierdoor komen de veer en de riem vrij. Neem de riem van de
riemschijven.
Draai de riemschijf zo dat u bij de bouten aan de achterzijde van het maaimechanisme kunt komen.
Stel de juiste afstanden A, B en C in door de bouten in het voorste en achterste gedeelte
van het maaimechanisme af te stellen.
Bij het afstellen van afstand C wordt u geadviseerd iets onder beide zijden van de kap van het
maaimechanisme te plaatsen, gebruik een onderplaat van dezelfde afmeting (bijvoorbeeld,
houten planken, enz.) en zet hiermee het mechanisme waterpas, zo dat de afstand van de
grond aan de linker- en rechterzijde gelijk is.
Zet, na het instellen van de juiste afstanden van het maaimechanisme, alle losse bouten en moeren
vast met een aanhaalmoment van 55 - 65 Nm. Zet na het opzetten van de aandrijfriem en het
spanmechanisme, de moeren zo vast dat de lengte van de spanveer 85 ± 1 mm is. Bevestig de kap
van het maaimechanisme weer.
Als u niet zeker weet hoe u deze procedure moet uitvoeren, laat een servicecentrum het dan
voor u doen.

6.3.8 MAAIMECHANISME - CONTROLEREN EN DE RIEM AFSTELLEN

Omdat er veel van de aandrijfriem wordt gevergd neemt de spanning van de riem na verloop van tijd af
en moet de riem worden gespannen. De riem wordt gespannen met een spanmechanisme met een veer
en is goed gespannen op het moment dat een kracht van 4 kPa wordt uitgeoefend midden tussen de
riemschijven en de riem ongeveer 0,5 cm gebogen is.
U kunt de kracht meten met een standaard mechanische dynamometer die verkrijgbaar is in
winkels die dergelijke producten verkopen.
Maak de veiligheidspennen aan de rechterzijd van de kap van het maaimechanisme los
door een schroevendraaier in de groef van de pen te steken en de pen naar links te draaien.
Neem de kap van de machine.
Zet de moer van de spanbout zo vast dat de lengte van de spanveer 85 ± 1 mm is.
Bevestig de kap van het maaimechanisme weer.
221
6.3.7a
6.3.7b
6.3.7c
6.3.7d
6.3.7b
6.3.7c

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

Efco ef92

Tabla de contenido