Nederlands
Werktechniek
Maaikop met maaidraad
Maaikoppen met maaidraden zijn
geschikt voor het maaien van
grasranden, kleine tot middelgrote
grasvelden en rondom obstakels. Het
gebruik wordt hierna beschreven, zie
"Maaien".
Tot de leveringsomvang van de maaikop
behoort een bijlage. De maaikop alleen
volgens de gegevens in de bijlage
uitrusten met maaidraden.
Werken met afstandhouder
De afstandhouder is leverbaar als
speciaal toebehoren.
1
De afstandhouder (1)
begrenst het werkgebied van de
–
maaidraad
voorkomt beschadigingen tijdens
–
het maaien door de roterende
maaidraden (bijv. boomschors)
410
WAARSCHUWING
De maaikop kan na het uitschakelen van
het apparaat nalopen – de
afstandhouder pas nadat de maaikop
stilstaat en niet met de voet verstellen.
Grassnijblad
Grassnijbladen zijn geschikt voor het
maaien van taai gras, onkruid, varens,
brandnetels en riet. Grassnijbladen zijn
robuust en geschikt voor het maaien van
grote oppervlakken. Het gebruik wordt
hierna beschreven, zie "Maaien".
WAARSCHUWING
Bij onjuist gebruik kan het grassnijblad
worden beschadigd – kans op letsel
door weggeslingerde delen!
Het grassnijblad, als het merkbaar bot is
geworden volgens voorschrift slijpen.
Maaien
Het apparaat met beide handen
N
vasthouden – de rechterhand op de
bedieningshandgreep
Rechtop staan – het apparaat
N
ontspannen vasthouden
Het snijgarnituur mag geen
N
obstakels en ook de grond niet
raken
Het apparaat gelijkmatig heen en
N
weer bewegen
De afstand van de maaidraad ten
N
opzichte van het grasveld bepaalt
de maaihoogte
Contact met schuttingen, muren,
N
stenen enz. vermijden – dit leidt tot
een verhoogde slijtage
Het maaisel niet bij het huisvuil gooien.
Het maaisel kan worden
gecomposteerd.
FSA 90, FSA 90 R