Gebruik de robotstofzuiger niet in de buurt van een
kachel of andere verwarmingstoestellen.
Hierdoor kunnen elektrische schokken, kortsluiting,
brand, vervormingen of storingen ontstaan.
Gebruik de robotstofzuiger niet op de volgende
soort plaatsen.
Dit kan leiden tot elektrische schokken of letsel.
•
In de buurt van kinderen en personen met een
verminderd lichamelijk, zintuiglijk of geestelijk
vermogen, of gebrek aan de nodige kennis en
ervaring
•
In de buurt van dieren
•
In de buurt van een groot aantal mensen of op druk
bezochte plaatsen
Laat kinderen die niet onder toezicht staan of
personen die hun mening niet kunnen uitdrukken
de robotstofzuiger niet zelf bedienen of de
robotstofzuiger gebruiken.
Dit kan leiden tot elektrische schokken of letsel.
Staak onmiddellijk het gebruik in geval van een
abnormaliteit of storing, zoals in de volgende
situaties.
Als u deze instructie niet opvolgt, kan dat leiden tot
rook, brand of elektrische schokken.
• De robotstofzuiger werkt niet ondanks dat hij is
ingeschakeld (ON).
•
De robotstofzuiger is vervormd of abnormaal heet.
• De robotstofzuiger stopt soms tijdens het werken.
•
De robotstofzuiger maakt een abnormaal geluid
tijdens het werken.
•
De robotstofzuiger stoot een brandlucht uit.
Schakel de robotstofzuiger uit (OFF) op plaatsen
waar het gebruik verboden is.
Als u deze instructie niet opvolgt, kan dat ertoe leiden
dat medische apparatuur niet correct werkt.
Volg altijd de instructies van de medische faciliteit
op wanneer u een apparaat dat radiogolven uitzendt
gebruikt in een medische faciliteit.
Gebruik de robotstofzuiger niet op smalle en open
plaatsen op grote hoogte.
Hierdoor kan de robotstofzuiger omlaag vallen,
waardoor letsel of een storing kan worden veroorzaakt.
•
Op een trap
•
Bovenop een tafel, plank, kast, koelkast, enz.
•
Tussenverdiepingen, vliering, verdiepingen met
een rechtstreekse overgang naar een trappengat of
entreehal, enz.
•
Plaatsen met een hellingsgraad van 10° of meer
Stel de robotstofzuiger niet bloot aan rechtstreeks
zonlicht of infraroodstraling.
Een verkeerde werking als gevolg van een sensorfout
kan ertoe leiden dat de robotstofzuiger valt, waardoor
letsel of een storing kan worden veroorzaakt.
•
Halogeenverwarmingen
•
Afstandsbedieningen, sensoren, enz.
•
Zonnestralen die binnenvallen door matglas
Verplaats alle voorwerpen die een ongeval kunnen
veroorzaken bij aanraking met de robotstofzuiger.
Als u deze instructie niet opvolgt, kan dat leiden tot
letsel als gevolg van voorwerpen die omvallen of ergens
vanaf vallen.
•
Brandende kaarsen, vazen, enz.
•
Elektronica met bedieningselementen op ongeveer
dezelfde hoogte als de robotstofzuiger.
Dek de robotstofzuiger niet af.
Hierdoor kan brand ontstaan als gevolg van
oververhitting.
Plaats geen zware voorwerpen op de
robotstofzuiger en ga er niet op zitten. Oefen geen
sterke fysieke schokken erop uit.
Hierdoor kan letsel, schade of een storing ontstaan.
Let met name goed op kinderen in de buurt van de
robotstofzuiger.
Breng nooit wijzigingen aan in de robotstofzuiger.
Dit kan leiden tot brand, elektrische schokken of letsel.
Raadpleeg voor reparaties de dealer waar u de
robotstofzuiger hebt gekocht.
Verstop de aanzuig- en uitlaatopeningen niet, en
steek er geen metalen of gemakkelijk ontbrandbare,
vreemde voorwerpen in. Gebruik de robotstofzuiger
tevens niet in de buurt van voorwerpen die de
aanzuigopening kunnen verstoppen.
Hierdoor kunnen elektrische schokken, brand of
storingen ontstaan.
Verwarm de robotstofzuiger niet, stel hem niet
bloot aan vuur en laat hem niet achter op een
warme plaats, zoals vlakbij een vuur of verwarming,
blootgesteld aan direct zonlicht of in een voertuig
dat geparkeerd staat in de brandende zon.
Hierdoor kan kortsluiting of brand ontstaan, en kan de
accuvloeistof gaan lekken of barsten.
Was de robotstofzuiger* niet en stel hem niet bloot
aan water of schoonmaakmiddelen.
Dit kan leiden tot elektrische schokken, kortsluiting of
brand.
* Exclusief hoofdborstel, bodemplaat, zijborstels,
stofvanger en filter
Raak de aandrijfwielen niet aan en steek geen
handen of voeten onder de robotstofzuiger terwijl
deze werkt.
Dit kan leiden tot letsel.
Let met name goed op kinderen in de buurt van de
robotstofzuiger.
Blokkeer de sensoren van de robotstofzuiger niet
en steek er geen vreemde voorwerpen in.
Hierdoor kan een defect, letsel als gevolg van vallen
van de robotstofzuiger door een verkeerde werking, of
een stroring ontstaan.
Plak geen tape op de sensoren of wielen. Verander
de vorm van de bumper of wielen niet, en oefen
geen buitensporige kracht uit op de bumper.
Hierdoor kan een defect, letsel als gevolg van vallen
van de robotstofzuiger door een verkeerde werking, of
een stroring ontstaan.
Reinig elke sensor van tijd tot tijd.
Als u deze instructie niet opvolgt, kan een defect, letsel
als gevolg van vallen van de robotstofzuiger door een
verkeerde werking, of een stroring ontstaan.
58 NEDERLANDS