lucht [3-12] van het T -stuk.
Optioneel
■ Sluit de ademluchtbevochtiger top air [3-4] aan op de ademluchtslang
[3-3] en de luchtaansluiting [3-12].
■ Sluit de veiligheid-ademluchtpersluchtslang [3-8] aan op de luchtaan-
sluiting van het T-stuk van de bandeenheid.
■ Sluit de SATA air warmer [3-14] aan op de luchtaansluiting [3-12].
■ Stel de vereiste luchtvolumestroom in op het luchtregelventiel / SATA air
warmer.
9.5. Ademluchttoevoer instellen
Aanwijzing!
Het volgelaatsmasker beschermt alleen als aan de volgende criteria
wordt voldaan.
Variant 1
■ De manometer [1-13] moet bij elke ingebruikname en met name bij
gelijktijdig gebruik met een lakpistool worden gecontroleerd. De mano-
meter moet tijdens het gebruik altijd in de groene zone staan, (bij
daling onder de minimumbedrijfsdruk d. w.z. als de manometer in de
rode zone staat, moet er een fluittoon klinken), verhoog eventueel de
bedrijfsdruk (zie hoofdstuk 7).
Varianten 2 en 3
■ De minimumbedrijfsdruk moet op de filtereenheid [2-9], [3-11]
min. 4 bar bedragen, bij daling onder de minimumgrens moet er een
fluittoon klinken, verhoog evt. de bedrijfsdruk (zie hoofdstuk 7).
Aanwijzing!
De bandeenheid is met een luchtregelventiel / SATA air warmer [1-14],
[2-12], [3-14] uitgerust. Met behulp van dit luchtregelventiel / SATA air
warmer kan een behoefte-onafhankelijke ademluchttoevoer worden
ingesteld.
■ Afsluitventiel op de luchtaansluiting openen.
■ Stel de ademluchttoevoer op het luchtregelventiel / SATA air warmer in.
10. Onderhoud en instandhouding
In het volgende hoofdstuk worden onderhoud en instandhouding van het
volgelaatsmasker behandeld. Onderhoudswerkzaamheden mogen uitslui-
Gebruikershandleiding SATA vision 2000
NL
351