NL
2.
Monteer de structuurspuitkop (3) met de conus in de richting van de spuitkop in de
spuitlans.
3.
Sluit de spuitlans (1) op de materiaalslang aan en borg hem met spanhefbomen (8).
4.
Sluit de materiaalkraan (2). (materiaalkraan wijst naar voren)
5.
Koppel de verstuiverluchtaansluiting (7) aan de luchtslang van de mortelslang.
6.
Koppelingsstekker (5) voor afstandsbediening op stuurkabel van de mortelslang
vastschroeven. (alleen automatische versie)
7. Sluit de besturingskabel van de mortelslang op de overeenkomstige aansluiting van
de mortelspuitmachine aan. (alleen automatische versie)
Montage spuitopzetstukken (accessoire)
Afhankelijk van het gebruik kunnen op de spuitlans verschillende
toebehoren, zoals bijvoorbeeld een verlenging, worden gemonteerd. Een
nauwkeurig overzicht vindt u in het hoofdstuk „Toebehoren".
1.
Maak de snelkoppeling los en trek de luchtslang (afb. 2, 1) uit de lans.
2.
Maak de wartelmoer (afb. 2, 2) los en verwijder de materiaalbuis (3).
3.
Plaats de materiaalbuis en luchtslang (indien aanwezig) van de toebehoren in de
spuitlans en draai ze met de wartelmoer vast (afb. 3)
Let op: beschadig de O-Ring (afb. 3, 1) niet.
Spuitlans reinigen
1.
Reinig de structuurspuitkop.
2.
Reinig de luchtboringen in de structuurspuitkop met een reinigingsnaald.
3.
Reinig de O-Ring (afb. 3, 1) en vet hem in.
4. Reinig de spuitlans en materiaalbuis van binnen met een essenwisser (0342 329).
5.
Reinig alle schroefdraden grondig.
6. Spoel de spuitlans met helder water door. Open en sluit de materiaalkraan daarbij
drie keer.
Onderdelenlijst (afb. 4)
POS.
BESTELNR.
2334 115
2334 116
2334120
2334 119
2322 199
1
2321 045
14
BENAMING
Automatische spuitlans
Pneumatische spuitlans
Plafondspuitlans (automatische versie)
Plafondspuitlans (pneumatische versie)
Spuitkop compleet (Automatische spuitlans en pneumatische
spuitlans, bestaande uit positie 1-6)
Wartelmoer
Spuitlans