5.3 Koelbedrijf
1. Druk voor het doorschakelen meer-
maals op de toets
modus.
◁
wordt op het display weergege-
ven.
2. Druk op de toetsen
temperatuur in te stellen.
3. Druk voor het doorschakelen meer-
maals op de toets
latortoerental.
5.4 Ventilatiemodus
1. Druk voor het doorschakelen meer-
maals op de toets
tiemodus.
◁
wordt op het display weergege-
ven.
2. Druk voor het doorschakelen meer-
maals op de toets
latortoerental.
5.5 Ontvochtigingsmodus
▶
Druk voor het doorschakelen meer-
maals op de toets
vochtigingsmodus.
◁
wordt op het display weergege-
ven.
5.6 Aan/uit
▶
Druk op de toets
bediening en de ventilo convector in te
schakelen.
◁
wordt op het display getoond,
wanneer de ventilo convector gereed
voor bedrijf is.
0020249956_03 aroVAIR Gebruiksaanwijzing
Bedienings- en weergavefuncties 5
en kies de koel-
en
om de
en kies het venti-
en kies de ventila-
en kies het venti-
en kies de ont-
, om de afstands-
5.7 Ventilatortoerental
Het ventilatortoerental kan in de volgende
bedrijfsmodi worden ingesteld:
– Koeling
– Verwarming
– Ventilatie
In ontvochtigingsmodus is het niet mo-
gelijk, het toerental van de ventilator in te
stellen. De ventilator loopt met minimaal
toerental.
5.7.1 Ventilatortoerental instellen
▶
Druk op de toets
toerental in te stellen.
◁
Automatisch toerental:
◁
Laag toerental:
◁
Gemiddeld toerental:
◁
Hoog toerental:
5.8 Gewenste temperatuur
Het gewenste temperatuur kan in de vol-
gende bedrijfsmodi worden ingesteld:
– Koeling
– Verwarming
– Ontvochtiging
In de ventilatiemodus kan de gewenste
temperatuur niet worden ingesteld.
De waarde wordt met elke druk op de toet-
met ±1 °C verhoogd resp.
sen
en
verlaagd (of ±1 °C per halve seconde bij
langer indrukken van de toets).
De gewenste temperatuur moet tussen 17
en 30 °C liggen.
5.8.1 Instelling van de gewenste
temperatuur
▶
Druk op de toetsen
gewenste temperatuur in te stellen.
◁
Geen speciale aanduiding op het
display.
om het ventilator-
en
om de
191