De sensor gematigd aandraaien met de hand. Te hard aandraaien van de sensor kan de correcte
werking verhinderen!
Instellen van de halsbandafstand
De lengte van de halsband zo instellen dat de sensor goed in contact staat met de huid van de hond.
Dit garandeert een goede detectie van het geblaf.
- Is de halsband te wijd dan functioneert de detectie niet naar behoren. Bovendien kan schuiven
van de sensor over de halstreek van de hond leiden tot irritaties.
- Bij het te hard aansnoeren van de halsband kan de hond ademhalingsproblemen krijgen.
De halsstreek van de hond regelmatig nakijken op eventuele irritaties veroorzaakt door de sensor van
de halsband. Bij irritatie, de halsband niet langer gebruiken tot het verdwijnen van de symptomen.
De halsband nooit langer dan 8 uren per etmaal om de hals van uw huisdier hangen. Maak van de
tussenperiodes ook gebruik om uw hond even op eventuele irritatieverschijnselen te controleren.
Controle van het apparaat
- Start de halsband in stand 3. In deze stand kunt U de werking testen van de vibraties en de berichten.
- Schuur met de sensor lichtjes op een ruw oppervlak (verander de detectiegevoeligheid indien nodig).
- De halsband vibreert en/of biept en/of speelt gepsroken berichten af (afhankelijk van de gekozen
instelling)
BELANGRIJK : Na 3 cyclussen van activiteit achter elkaar schakelt de band zichzelf uit voor een
periode van 15 seconden en herstart hierna automatisch weer.
Waarschuwingen bij gebruik
- Wij raden sterk aan de halsband enkel te gebruiken bij honden ouder dan 6 maanden.
- Voordat U de band toepast is het verstandig een dierenarts te raadplegen of uw hond hiervoor fit
genoeg is.
- De halsband is spatwaterdicht maar niet waterdicht bij onderdompeling!
- Om te vermijden dat de halsband onterecht afgaat, raden wij u ten stelligste af uw hond een metalen
medaillon en/of halsketting te laten dragen tijdens het gebruik van de halsband.
- Verwijder de batterij uit het apparaat als u de halsband gedurende langere tijd niet gebruikt.
- Halsband buiten bereik van kinderen bewaren.
Wat bij het disfunctioneren van uw toestel?
Voor een defect te melden, raadpleeg steeds uw handleiding en kijk of het probleem niet te wijten is
aan een (te) zwakke batterij of een te strak aangedraaide sensor.
Als het probleem aanhoudt, neem contact op met uw distributeur.
In geval van ernstige storingen of problemen met uw apparaat, is het mogelijk dat uw apparaat
Nl - 67